Vandaag zijn we gesloten.

All posts by René Schilder

Leon Klaassen Bos pakt leven van talentvol ontwerper weer op na travestie en ziekte

De natuur deed en doet zijn werk

(Verhaal zomer 2003)

Als jongetje was hij al anders dan de rest. Liep niet altijd in de pas, leefde in zijn eigen wereld. Voetbalde niet op straat, maar werd gefascineerd door de manier waarop kledingstoffen vielen en pasten. Was ook niet bezig indruk te maken op meisjes, want als scholier wist hij het al: hij viel niet op het andere geslacht. Leeftijdsgenoten vonden hem raar, pestten hem, schopten hem. Leon Klaassen Bos vroeg zich af waarom ze zo deden. Hij wist wat hij wilde. Kleding ontwerpen. Op z’n zestiende hing mode van zijn hand in C & A. Vervolgens ontspon zich – wat begon als het vriendje van It-eigenaar Manfred Langer – een levensstijl van extravagantie in ultieme vorm. Een positief uitgevallen aids-test op z’n 21e temperde hem niet, integendeel. Door middel van travestie lag ‘t wereldje aan zijn voeten en ondertussen ontwierp hij in Parijs en werd zijn collectie onder meer getoond in Het Louvre. Totdat hij zeven jaar na de uitslag ernstig ziek werd en hij de dood in de ogen keek. Een mix van zware, recent, op de markt vrijgegeven medicijnen bracht hem er bovenop. Meer dan twee jaar had zijn lichaam nodig om aan de medicinale cocktail te wennen. Sinds anderhalf jaar begeeft de geboren Volendammer, 33 nu, zich weer in de scene, ontwerpt hij voor BN-ers, is hij kledingadviseur in het tv-programma ‘Gay Team’ en stippelt hij zorgvuldig een nieuwe route uit richting Parijs.

Amsterdam, Oud-West. Knus op de begane grond van een grachtenpand aan de Jacob van Lennepkade. Zo één keer in de drie maanden komt hij nog in zijn geboorteplaats Volendam, om aanverwanten te bezoeken. Hij komt uit een kruideniersfamilie. ,,Bap en oma hadden een eigen winkel. Aan mij is het ook al meerdere malen gevraagd om hier een eigen winkeltje te beginnen in kleding. Maar ik zou er zelf niet in kunnen staan. Geen tijd voor en ik ben er het type niet voor. Ik lever wel aan winkels. Je moet het vergelijken met een fabriek. Die kun je niet in je eentje runnen.”
,,Ik was elf jaar oud, toen ik begon te ontwerpen. Althans, toen verknipte ik de eerste lakens van m’n moeder. Ik was eigenlijk altijd bezig met het tekenen van een sprookje. Het Assespoester-verhaal. Elke keer een vrouw tekenen die in een nog mooiere jurk naar het bal ging. Op een gegeven moment dacht ik: man, doe dat mens maar ‘ns een broek aan. Voetje voor voetje ontdekte ik welke wereld er achter zit.”
,,Overdag moest en zou ik een tv-programma van de Tros bekijken, over ontwerpen. Alles moest daar voor wijken, ik meldde me ziek voor school. Het zat er al vroeg in. Toen m’n twee jaar jongere zus Angelique in het ledikantje lag, trok in het dekentje er al uit om het vervolgens op de grond te laten vallen, om te kijken hoe de stof viel en bewoog. M’n ouders? Die dachten: dat gaat vanzelf wel over. Dat het een bevlieging was. Ik zou wel notaris worden, bij m’n oom op kantoor.”
Schuldverklaring
,,Van mezelf vond ik nooit dat ik raar was. Oké, ik leefde in m’n eigen wereldje. Maar het is meer dat anderen je dat vertellen of duidelijk maken. Maar wat moest ik dan? Met een schuldverklaring komen, of zo? Zo van: hoor eens, ik moet je wat vertellen. Nee toch. Ik hoefde me toch niet te verantwoorden. Ik was altijd al op mezelf. Maar dat typische kunnen ze je ook aanpraten. Ik wist het van mezelf. Wilde op school niet sporten of gym doen, maar ging liever tekenen of knutselen.”
,,Weet je, op die leeftijd lijkt er geen tussenweg. Als je niet in de groep zit, val je er ook echt helemaal buiten. Ik was vaak de lul van het spul. Maar toen ik 16, 17 was, liepen de pesterijen flink uit de hand. Ik ging me erin verdiepen. Tuurlijk had ik er last van en kan dat later als een trauma terugkomen. Maar ik bekeek het ook van de psychologische kant. Ging me afvragen waarom hij me schopte. Bleek dat het gezin van een jongen die dat regelmatig deed, helemaal overhoop lag. Dat uitte hij op mij.”
,,Maar tussen m’n twaalfde en zestiende was het dramatisch op school. Ik weigerde op een gegeven moment nog naar de gymles te gaan. Waarom zou ik? Om in elkaar te worden getrapt? Ik hoefde me toch niet aan te passen naar iets wat ik niet was.”
,,Als ze soms wat nodig hadden met handenarbeid, kwamen ze naar mij en ze vonden me best grappig en gezellig. Maar voor alle andere dingen gingen ze naar andere jongens. Regelmatig kreeg ik het gevoel dat ik niets waard was in de ogen van anderen. Een deeltje van een minderwaardigheidscomplex.”
,,Op m’n zestiende besloot ik naar de sportschool te gaan. Ik was zo’n iel jongetje, had geen eetlust meer. Binnen twee jaar was ik vijftien kilo aangekomen, met spiermassa dan. Vijf dagen in de week was ik er, waardoor ik in gedachten minder met school bezig was.”
,,Het is een moeilijke periode voor jongeren. Je beseft dat je niet van meisjes houdt, homoseksueel bent. Maar wat doe je er mee? Verzwijgen, zo lang mogelijk? Ik kan me voorstellen dat er jongeren zijn, die er aan onderdoor gaan. Maar je moet niet stoppen met in jezelf te geloven. Moet het kind in jezelf te bewaren. Daar zit namelijk je authentieke energie in. Daar moet je mee aan de gang. Zelf. Niet je laten vertellen wat je wel en niet moet doen.”
,,Daar stond ik dan als knulletje van twintig tegenover de King of Nightlife”
,,Je moet niet aan jezelf twijfelen. Als je het niet verwerken kunt, ga dan naar de bron. En niet jezelf groter voordoen dan je bent. Hoewel dat wel in die puberteit past. Ik heb zelf van huis-uit meegekregen: neem de mensen zoals ze zijn. In Volendam heb je dat veilige cirkeltje van vriendengroepen, waarop je kunt leunen. Je moet er in passen, anders ben je raar. Maar je kunt ook in dat patroon vastgemetseld raken. Als je iets wilt, wat je in Volendam niet kunt vinden, dan moet je weg. Dat moest ik ook.”

Zijn doel, zijn droom, ontwerpen, stimuleerde hem zijn eigen weg te gaan. ,,Ik was veertien jaar toen er iets van mijn werk werd geshowd door Ingrid Tol tijdens Amsterdam Modestad. Ik moest naar Amsterdam, ‘mooi skril’ op die leeftijd. Even later zat ik achter de computer, te ontwerpen voor C & A en Miss Etam. Op m’n zestiende hingen er truien van mij in C & A. Oké, dacht ik, nu de volgende stap. Voor mijn negentiende wilde ik een eigen show om mijn collectie te presenteren, in Amsterdam. Dat lukte en daarvoor had ik half Volendam van mijn leeftijd gemobiliseerd.”
,,Oké, dacht ik, ook dat is gelukt. Ondertussen waren er allerlei jongens die truien wilden. Ben ‘Tump’ vroeg de eerste. Eéntje met twaalf kleuren. Ik heb een maand zitten tekenen, daar heb ik het geduld wel voor. Coen Tol had de tweede.”
,,Zo belandde ik buiten ons dorp. Als je je in de cultuur van Volendam kunt vinden, prachtig. Anders moet je weg. En dat heeft niets te maken met homo-, bi-, of heteroseksueel of dat je buitenaards bent.”
,,De show die ik in Amsterdam had georganiseerd, werd trouwens allesbehalve aangemoedigd door de directie van de school waar ik op zat. Ik kon beter ‘dat doen en dat niet’, zeiden ze. Maar ik verkende mooi ondertussen wel Amsterdam en wist wat ik wou. Ging één of andere muts van school me vertellen hoe ik moest tekenen.”
,,Ik werkte ondertussen in de PC Hooftstraat en daar maakten collega’s me attent op het feit dat er een disco open ging: de It. Nou, zoveel gekkigheid bij elkaar had ik nog nooit gezien. Vrij snel daarna kwam ik Manfred tegen. Wist ik veel wie hij was. En terugdenkend aan die eerste ontmoeting met hem, een icoon, kan ik zeggen dat Volendam me ook een aantal dingen heeft meegegeven waar ik zeker wat aan heb gehad. Over het algemeen zijn het strebers, ergens in volhardden. En dat deed ik toen…”
,,In die tijd reden de bussen nog niet zo laat terug, maar ik stond daar ‘s nachts in de It en zou uren moeten wachten. Ik besloot naar de bar te lopen en vroeg of ik de gastheer mocht spreken. Die kwam. Ik zei dat er toch zeker wel een slaapplaats ergens voor mij moest zijn. Hij zei dat dat kon, maar hij dan nog niet wist of hij van me kon afblijven, maar ik had meteen weer een antwoord klaar… Daar stond ik als knulletje van twintig tegenover de King of Nightlife. Hij kwam terug en had een slaapplaats. Diezelfde nacht sliep ik bij hem.”
,,Ik werd het vriendje van. Hij was 17 jaar ouder dan ik. Alle deuren gingen open voor me. De It was hip en hot. En ik stond continue net naast het middelpunt. Na een jaar gingen we echter uit elkaar. Hij zei het uit. Dat deed erg au. Al die gasten die steeds om ons heenliepen en ook zo graag een stukje van ons, van mij, wilden, ze trokken als het ware ineens die roze bril van m’n hoofd af. Ik was niet langer gevierd.”
Roes
,,Toen kwam die rotperiode van de middelbare school wel even terug. De lessen van toen, pakte ik later op. Het contrast was zo groot. Als je wint, heb je vrienden. Nou, het kon daarvóór niet op. Ik was onopgemerkt in een roes terechtgekomen. At in de duurste restaurants, kon alle kleding aanschaffen, zat in limo’s en tussen internationale bekendheden. Maar ineens keek niemand me meer aan en bleven alle deuren dicht voor me.”
,,Ik heb de relativiteit van de rijkdom beleefd. Geld, het is handig, maar het maakte daarna geen indruk meer op me. We zijn nog anderhalf jaar met elkaar opgetrokken. We trokken in die tijd nog veel naar elkaar toe. Ik was ondertussen in de extravagante wereld terechtgekomen. De scene van de scherpe tong. Als ik een bepaald stuk kleding droeg, kreeg ik ook wel eens naar m’n hoofd van ‘Tsssj, dat zou ik niet eens als theedoek gebruiken’. Pure nichtenkift. Je wordt zelf ook harder, bijdehanter.”
,,Maar alle gekkigheid die je kunt doen, heb ik wel zo’n beetje gedaan in m’n jaren als travestiet. Maar er kwam ook zoveel respons op. Ik was een ster. Manfred was Kenny Rogers en ik Miss California. Er was veel vraag naar, ook naar shows. Zoiets bestond niet in Nederland, dus ik zat als het ware in de golf naar boven toe. En het mes sneed aan twee kanten. Ik bedacht iets als ontwerper van kleding en ik was daarna mijn eigen model.”
,,Misschien had ik nog maar tien jaar te gaan; en dan zou ik niets van de wereld hebben gezien”
,,Op een gegeven moment ging ik naar Parijs, waar er zelfs een weekenden om mij heen werden georganiseerd. Ik heb daar twee jaar gezeten en ontworpen. Dingen die over de hele wereld geshowd werden. Maar ook in zo’n situatie is één ding belangrijk: een financiële injectie om te investeren. Anders blijf je namelijk klein. Je kunt niet én het zelf maken én de boel promoten.”

Lange tijd verzweeg hij – zelfs voor zijn ouders en directe omgeving – zijn grote geheim. ,,Toen ik 21 was, deed ik een aids-test. Daar werd natuurlijk over gesproken in dat wereldje. Bleek ik positief te zijn. Nadat een Volendamse huisarts het me had verteld, besloot ik, eenmaal buiten staand, direct het nieuws voor mezelf te houden. Ik ging lol maken, dacht egoïstisch. Er was op dat moment nog geen medicijn. Daarom had ik ook niks op te bouwen als ontwerper. Ik leefde er op los. Het dansen op de vulkaan-verhaal. Misschien had ik nog maar tien jaar te gaan; en dan zou ik niets van de wereld hebben gezien. Vandaar…”
Bijna-dood ervaring
,,Het gekke was, dat toen ik dertien jaar was, ik eens het tv-programma Rondom Tien had gekeken en gefascineerd werd door het onderwerp: een bijna-dood ervaring. Ik wilde het meemaken. Zo dacht ik destijds althans. Op m’n 28e gebeurde het. Ik werd ziek en ben door het oog van de naald gekropen. Een jaar eerder en ik had het niet overleefd. Maar er werd een medicijn vrijgegeven op de markt waardoor ze me misschien in leven konden houden.”
Vier jaar eerder was zijn ex-vriend Manfred Langer overleden, aan kanker. ,,Dat was een klap. Ik ben nooit aan zijn sterfbed geweest, kwam en mocht er niet meer bij. Maar ik heb hem na zijn dood wel drie keer gezien…”
,,Ik was altijd al para-psychisch bezig. Dingen zien. Iedereen heeft het, met name kinderen. Ik ben het gaan ontwikkelen en uiteindelijk was het alsof ik hem gevoeld heb. Hij was bij me.”
,,Toen ik zelf in het ziekenhuis belandde, konden ze me telkens niet zeggen of ik de nacht zou halen. Óf ik ga naar het licht, óf naar het donkere bos, zo dacht ik. Ik had veerkracht. Was ook nog niet klaar, hier. Spijt? Nee, ik heb nooit spijt gehad van de dingen die ik heb gedaan. Maar je moet ook zorgen dat je geen spijt krijgt van dingen die je niet hebt gedaan.”
,,Iedereen komt in zijn leven op een punt van: wat wil ik met mijn leven? Ik had dat op m’n zestiende. Ik wilde mensen inspireren. Signaleren waar mensen goed in zijn en dat dan cultiveren. Dat deed ik ook in Parijs. Dan zag je de mensen stralen, ze waren trots op zichzelf. Dat is beter dan mensen gaan opleggen wat ze moeten doen. Uiteindelijk kwamen veel van de mensen bij wie ik dat gedaan had, bij me op visite en aan m’n bed in het ziekenhuis. Die mensen inspireerden mij om nog even te blijven. En iedereen kan dat aan elkaar geven. Dat is meer waard dan een duur horloge.”
Zijn levensopvatting had hem eerder ook naar Palm Springs (California, Verenigde Staten) gevoerd. ,,Ik ontmoette hier in Amsterdam tijdens de Gay Games een dokter en daar raakte ik mee bevriend. Via hem stond ik enige tijd later in Amerika een lezing te geven in de Unity Church. Zeg maar al het goede van Boeddhisme, Hindoeïsme, Islam en Christen. De mensen daar waren nog meer plastic dan travestie. Het gaat daar vooral om uiterlijke schijn. Dus spuiten ze allerlei spulletje in het lichaam om er maar bij te horen. Ik hield daar een preek over het jezelf accepteren zoals je bent. En dat ook voor een ander doen. Zelf stond ik er als travestiet, verkleed als Dutchess Leonie, oftewel Hertogin Leonie. Ik kreeg een staande ovatie, waar ik zelf van te kijken stond. Je wordt daar vooral beoordeeld op wat je hebt, niet op wie je bent. Dat is in Volendam ook best wel. Trouwens, in Amsterdam ook. Dat grootsop doen. Een universeel thema dus.”
Pastoor
,,Het was wel opvallend dat ik, juist ik, weer op die plek stond. In die gedaante. In Amerika. M’n moeder zei ooit dat ik wel pastoor zou worden. Nou, dit was wel in de kerk, maar ze zal het niet zó bedoeld hebben.”
,,Ik heb tot op een bepaalde hoogte als vrouw leren denken, had al iets vrouwelijks in me en ging tenslotte steeds verkleed als vrouw. Ik leerde veel over de machtsmiddelen die een vrouw kan hebben, zoals dingen naar je hand zetten. Terwijl het eigenlijk voor mij puur om het podium ging. Daarna ging het kostuum uit en was alles anders, als gewoon. Uiteindelijk ging na twaalf jaar op dat ‘podium’, het masker af. Ik stopte met travestie. Het was steeds pure show geweest. Puur de aandacht op je vestigen. Ik kon er m’n kleren mee laten zien en had nog lol ook. Op een gegeven moment was de behoefte er niet meer en bovendien moest ik vanwege mijn chronische ziekte mijn lichaam in acht nemen. Waar ze ook zaten, ik ben mijn wilde haren kwijt.”
,,Ik heb nog wel energie, maar die is anders. Ik wilde het kleding ontwerpen meer oppakken en dat heb ik gedaan. Aan de gang met hetgeen wat ik altijd al wou. Inmiddels heb ik lichtere medicijnen, maar tussen 1998 en 2001 was het een kwestie van steeds medicijnen uitproberen en hopen dat het lichaam erop reageert. Op een gegeven moment draait je leven alleen daarom. De bijwerking ervan is niet die van een aspirine, die drukt een stempel op je leven. Een kleine maar langdurige chemokuur. Een tijd lang was ik een oud mens met een kleine batterij.”
,,Ik moest dus weer alles opbouwen, ook meer aan m’n pr doen. Dat streberige, dat zat er nog in. In de tussenliggende jaren was ik wel creatief bezig geweest, het tekenen ging gewoon door. Maar ze hebben me een tijdje niet gezien in de scene. Ik heb m’n ziekte niet aan de grote klok gehangen. Als ze erom vragen, kunnen ze ’t horen.”
Langzaam rolde hij er weer in. ,,Patty Brard droeg een door mij gemaakt pakje tijdens de finale van Big Brother en tijdens een foto-shoot voor Panorama. Vervolgens zochten ze een kledingadviseur voor het tv-programma ‘Gay Team’ – waarin een Nederlander een complete metamorfose ondergaat – op Net5. Normaal gesproken gaat dat volgend seizoen ook weer door.”
In zijn grachtenwoning staan enkele aangeklede etalagepoppen en ligt een kralenketting op tafel. Een foto in een opengeslagen magazine toont kunstenares Ans Markus. Zij kocht zo’n ketting van Leon Amsterdam, zoals het officieel heet.
Ideaalplaatje
,,Het ideaalplaatje zou zijn dat ik alle Volendamse handwerkers aan het werk kon zetten. Nu helpt een tante van me al af en toe.”
Met name in Parijs zocht en vond hij eerder de bevestiging van z’n kunnen. ,,Werden kledingsstukken van mij in Het Louvre getoond. Mensen uit het chique publiek klapten voor mijn kleding. Dat is een bevestiging, een wake up-call. Het is goed wat ik doe.”
,,Wat ik maak? In mijn kleding verwerk ik meestal een techniek die het figuur corrigeert. Dat is vooral belangrijk voor vrouwen die merken dat het lijf niet meer zit zoals het was. Het is vooral uitgaanskleding, speciale dingen voor de mensen uit de hogere klasse. Daar is veel vraag naar. Ik ontwerp iets dat niet daarna miljoen keer gekopieerd wordt. Het moet iets toevoegen aan de markt. Casualkleding als van Tommy Hilfiger is er al zat. Iets wat ik nog nooit gezien heb, dát wil ik maken. Het is niet bestemd voor de gemiddelde winkel. Ik wil de vorming van de borst en de heupen zien.”
Stiekem droomt hij weer van een terugkeer naar Parijs. ,,Omdat de mogelijkheden niet op hoeven te houden bij de grens. In Het Louvre werden mensen lyrisch van iets wat ik in Oud-West had zitten bedenken. ‘Zie je wel’, dacht ik. Ik twijfel ook niet meer aan mezelf. Dat leer je ook, want ik ben best een paar keer gigantisch op m’n bek gegaan.”
,,Dat is wat ik noem de ‘Velvet-maffia’. Mensen die zich een plekje naar boven proberen te verwerven op een oneigenlijke manier. Dat gebeurt veel in dat modewereldje. Ik heb het zelf in Parijs meegemaakt, dat ik samen met een Franse vrouw een show had en dan hoor je eigenlijk aan het eind daarvan samen het plankier, de catwalk, op te gaan. Een paar seconden voordat het zover was, kwam er een door haar erbij betrokken PR-man op ons af en die zei me dat ik maar niet het plankier op moest gaan. Dat was niet goed voor haar imago. Ik stond perplex. En bleef staan. Zij was op haar retour en ze waren bang dat ik teveel credits zou krijgen.”
Maar zijn doel komt inmiddels weer dichterbij. Niet voor niets werd hij tijdens zijn eerste verblijf in Parijs in het Franse modevakmagazine ELLE een ‘getalenteerd en begiftigd ontwerper’ genoemd. ,,Er is daar een veel grotere markt voor wat ik maak, omdat daar inkopers van over de hele wereld bij elkaar komen. Alleen bereid ik de stap wel heel zorgvuldig voor.”
,,Ik ben in de loop der tijd geestelijk sterker geworden, heb een eeltlaag, een dikke huid gekregen. Alles heeft steeds een reden gehad. Ik wist steeds wat ik ermee moest, wanneer ik in een bepaalde situatie kwam. Anders was ik misschien wel aan drank of drugs geraakt, want zo heb ik veel bekenden kapot zien gaan. Ik hoor en lees natuurlijk over de dingen die in Volendam gebeuren. Weet je, er zit daar zoveel moois, zoveel talent, op allerlei gebied. Ook qua schoonheid van mensen. Alleen komt het er niet uit, omdat ze bang zijn dat de buren er wat van zeggen. Pas als ze een slok op hebben, zeggen ze wat ze eigenlijk zouden willen. Dat is zonde.”
Klaassen Bos durfde wel zijn vleugels uit te spreiden, was inmiddels overal ter wereld op tv, terwijl zijn kleding geshowd werd voor de president van Ivoorkust tot en met Koningin Beatrix.

Fotogalerij

Jaarlijkse stoplichtencontrole wordt momenteel uitgevoerd

Elk jaar worden de plm. 20 stoplichten die in Edam-Volendam staan gecontroleerd. Hiervoor wordt door de gemeente het bedrijf Ko Hartog Verkeerstechniek ingehuurd.

Maandag werd begonnen met het controleren van de stoplichten op de Dijkgraaf Poschlaan. Via een laptop wordt gemeten of de werking van de kasten nog goed gaat. Gekeken wordt of de verwarming en de verlichting in de kasten nog naar behoren werken.Of de verkeerslussen nog goed detecteren wordt nagemeten. Ook de drukknoppen worden gecontroleerd en als ze niet in orde zijn ter plekke gerepareerd. De verkeerslichtencontrole zal enkele dagen in beslag gaan nemen en dit gebeurt jaarlijks.

Fotogalerij

Fotosessie voor Stichting Klederdracht

Zondagmiddag vond er in de Oude Kom een fotosessie plaats voor de Stichting Volendammer Klederdracht. Door de fotografen Jan Zwarthoed (Kiek) en Jan Tuijp (BZN) werden de plaatjes geschoten voor een flyer van de klederdrachtgroep.

Naast mannen en vrouwen, waren ook jongens en meisjes gekleed in de Volendammer klederdracht. Er konden op deze zonovergoten middag mooie foto’s genomen worden van de groep. Op verschillende karakteristieke locaties in de Oude Kom (met name op het Doolhof) vond de fotosessie plaats.

Fotogalerij

Toko Joyce geopend in De Stient

Donderdag opende Toko Joyce in winkelcentrum De Stient.Hier kan men terecht voor heerlijke kant- en klare Indonesische gerechten en Aziatische producten.

De eigenaars zijn Gwendel en Nono. Het was meteen zeer druk in de zaak want velen kwamen de Oosterse specialiteiten en gerechten afhalen en proeven. Zowel warme als koude Indonesische gerechten kan men bij Toko Joyce afhalen. De zaak is geopend op maandag van 13.00 tot 19.00 uur en van dinsdag t/m zaterdag van 10.00 tot 19.00 uur. Na 18.00 uur is Toko Joyce te bereiken via de ingang van De Stient bij Bart Smit.

Fotogalerij

Lezing van Piet Koning in art Hotel Spaander

De Botterzaal van art Hotel Spaander zat zondagmiddag bomvol tijdens de lezing “Volendam onder water” van de schrijver drs. Piet Koning.

Op boeiende wijze vertelde Piet Koning over de Watersnood van 1916. Wat de bevolking zoal meemaakte en de gevolgen van deze ramp, werden uitgelegd. Op een beeldscherm waren foto’s van de Watersnoodramp te zien. Het was een zeer boeiende lezing. Op zondag 3 april zal Piet Koning nog een keer de lezing “Volendam onder water” verzorgen in Hotel Spaander. Het is raadzaam om hier tijdig kaarten voor de reserveren. In het Museumjaarboek heeft Piet Koning ook verhalen geschreven over de Watersnood van 1916.

Fotogalerij

Dode Hoek-project op basisscholen van start gegaan

Maandag is het Dode Hoek-project van start gegaan op de Volendamse basisscholen. De aftrap was om 8.30 uur voor de leerlingen van groep 7 van de Sint Nicolaasschool op de parkeerlus nabij de J.F. Kennedyschool. ‘s Middags was de Petrusschool aan bod.

Bart Smit werkt wederom mee aan de praktijklessen en stelt een vrachtwagen en de chauffeur Jan Keizer beschikbaar. Jan gaat jaarlijks vrijwillig alle scholen langs. Hij was maandag vergezeld door collega-chauffeur Patrick Smit om uitleg te geven aan de leerlingen. Op maandag 21 maart zijn weer vijf basisscholen aan de beurt. De Dode Hoek-lessen worden gegeven onder begeleiding van de verkeersouders van de scholen.

Fotogalerij

× Hoe kan ik je helpen?