In ’92 uit Iran gevluchte Javid geniet als rolstoelrugbyer en op het DBC
Elke dag hopen op (millimeter) beter
Wanneer hij zich door de gangen of in het klaslokaal van het Don Bosco College beweegt in zijn rolstoel, zullen weinig leerlingen weten van de achtergrond van hun pas nieuwe techniek-assistent. Javid Bakhtiar. Een 52-jarige goedlachse vriendelijke man, die in 1992 zijn geboorteland Iran ontvluchtte, vanwege het dictatoriale bewind. In Nederland werkte hij zich onder meer op tot Nederlands amateurkampioen kickboksen, in zijn gewichtsklasse. Toen hij in 2013 voor enige tijd in Iran terug was omdat zijn moeder daar kwam te overlijden, kreeg hij er een auto-ongeluk en liep een dwarslaesie op. Sinds vier jaar heeft hij zich toegelegd op rolstoelrugby. En speelt de met zijn gezin in Edam woonachtige Javid bij de Nederlandse kampioen, Terminators Amsterdam.
Door: Eddy Veerman
Iran, precies een jaar geleden. Een vrouw die haar hoofddoek niet – goed – draagt, wordt gearresteerd en vindt de dood. De wereld ziet vervolgens de in opstand gekomen landgenoten, demonstraties, leest en hoort dat bekende Iranezen die zich uitspreken tegen de regering, gevangen worden genomen. Nog steeds zitten dezelfde mensen aan de macht, als gevolg van de revolutie in 1979. ,,Toen werd de kroonprins afgezet en hij zei destijds dat de mensen spijt zouden krijgen. En dat hebben de meesten”, zegt Javid, die zijn heil elders zocht.
,,Op mijn twintigste – een jochie nog – vluchtte ik. Ik had problemen met de regering, zoals veel jongeren in mijn generatie. Ik moest alles achterlaten, mijn vader en moeder, broers en zussen. Ik ben de jongste van zeven kinderen. Ik was verwend”, glimlacht hij. ,,Het was moeilijk. Maar ik moest kiezen voor mijn toekomst. Dat begrepen mijn ouders ook, hoewel ik later van mijn broers hoorde dat mijn moeder erg verdrietig was. Blijven was voor mij gevaarlijk. Je bent tégen de dictators en dat waarderen ze niet. Dan riskeer je dat je de gevangenis in gaat. Mijn broer was piloot en ook van hem is alles afgenomen.”
‘Het was heel emotioneel en vreemd om mijn vader en moeder na tien jaar weer terug te zien’
Hij vertrok eerst naar Maleisië. ,,Er was in die tijd geen internet, ik moest geld sparen om vijf minuten te kunnen bellen met mijn ouders. In 1993 kwam hij in Nederland. ,,Waar ik terecht zou komen, maakte me niet uit. Ik wilde ergens gaan waar ik veilig lon leven. Via mensensmokkelaars kwam ik hier terecht, eerst in Vlissingen en daarna in Amsterdam. Toen mijn asielaanvraag werd goedgekeurd, kreeg ik een huisje. Ik heb de Nederlandse taal geleerd, werd metaalbewerker en ging naar het ROC op school.”
,,Voor tien jaar kon ik niet terug gaan naar Iran vanwege de situatie daar en zo lang heb ik mijn familie niet gezien. De regering werd daarna wat milder, anderen zijn eerst gegaan en dat ging zonder problemen, dus ik ben ook een keer terug gegaan. Het was heel emotioneel en vreemd ook om mijn vader en moeder weer terug te zien na zo’n lange tijd. Tot dan kreeg ik alleen brieven en foto’s.” Toen hij naderhand nog een keer terugging, ontmoette hij zijn huidige vrouw, Zahra. ,,Ik wilde met hem mee, maakt niet uit waar hij heen zou gaan”, lacht ze.
Ze kregen twee kinderen. Net toen de tweede was geboren, gingen ze weer op familiebezoek in Iran. Javid: ,,Mijn moeder was ziek en zou komen te overlijden. Ik liet alles even achter in Nederland. Het deed pijn, toen zij overleed, na alles wat we hadden meegemaakt. Maar van de andere kant, zij heeft mij gelukkig niet in de rolstoel terecht zien komen… Dat zou heel pijnlijk zijn geweest voor haar.” Niet lang daarna kreeg hij een auto-ongeluk. Javid week uit voor twee auto’s, waarvan één op zijn rijbaan reed. ,,Er kwam een derde auto achter, die ook bij hen hoorde en die maakte uit angst een rare beweging, waardoor we in botsing kwamen. De airbag ging niet uit, waardoor mijn nekwervels braken.” En hij een dwarslaesie opliep.
,,Ik had het in het begin heel moeilijk. Ga maar voor je zelf na; gewone dingen kon ik niet meer. Niet werken, niet plassen, moeilijk eten. Ik vond het heel erg voor mijn vrouw. Zij moest zorgen voor mij én voor de kinderen. Ook de situatie na het ongeluk maakte het moeilijk. Omdat ik was uitgeweken naar de andere weghelft werd ik als schuldige voor de rechter gedaagd. Terwijl ik de anderen probeerde te ontwijken. Pas in de rechtbank zag ik de mensen waarmee in botsing was gekomen. Gelukkig was ik verzekerd.”
Trap
,,Zoiets kunt je nooit helemaal verwerken”, zegt Javid. Zijn vrouw knikt: ,,Nu zijn we er meer aan gewend, maar in het begin niet. Hij sprak er toen niet zoveel met mij over, over zijn gevoel. Ons rustige leven was opeens voorbij. Ik heb geen tijd gehad voor mijzelf, om aan de situatie te denken. Ik moest alles doen. Nu zijn de kinderen naar school, Javid doet zijn ding. Ik heb meer tijd om er over na te denken en ben wel moe, van binnen.” Javid: ,,Mijn vrouw heeft mij twee jaar lang geholpen om de trap op te komen in onze Amsterdamse woning, om te laxeren. En toen woog ik nog tien kilo zwaarder dan nu.”
,,Het drama wordt voor een deel vanzelf verwekt, ergens in je hersenen, als je maar goed bezig blijft. Als je alleen bent en er steeds aan gaat denken, wordt het moeilijker. Maar dat is mijn persoonlijke gedachte. Als het echt nodig is, dan moet je er samen over praten. Maar niet teveel in het verleden blijven leven. Soms als het nodig is, als ik een beetje streng voor mezelf moet zijn, dan ga ik terug en weet ik weer waar ik vandaan kom. Om vervolgens mezelf te verbeteren.”
‘Ik ga vooruit, maar het zijn millimeters bij het terug proberen te krijgen van mobiliteit. Ik geef niet op’
Even komen er emoties los. ,,Als hij even niet in de rolstoel zit en de kinderen gaan met de stoel spelen…”, zegt Zahra. ,,Dan krijg ik paniek. Het was toen een zware tijd en ik wil niet dat zoiets nog eens gebeurt.” Javid: ,,Ze gaat dan visualiseren en krijgt angst, dat de kinderen iets gebeurt.”
Tijdens zijn revalidatie in Nederland kwam hij in de Reade in Amsterdam in contact met Reda Haouam. ,,Ik wilde goed revalideren. Was gewend om veel te sporten. Ik heb aan worstelen gedaan, was Nederlands kampioen kickboksen. In de Reade ontmoette ik Reda – international en nu onze coach – en hij liet me kennismaken met rolstoelrugby. Ik kende de sport niet, maar ik vond en vind het prachtig. Je moet goed samenwerken, conditioneel moet je in goede vorm blijven. Ik zit op de aanvallersstoel en moet snel kunnen zijn.
En het rammen”, verschijnt er een smile op zijn gelaat. Dat rammen met de stoelen, de heftige dynamiek van de sport, komt tot uiting in de film die ooit gemaakt werd over de rivaliteit tussen de rolstoelrugbyers van Canada en de Verenigde Staten, richting de finale van de Paralympische Spelen van 2004. ‘Murderball’ zou uitgroeien tot een filmhit. ,,Ik vind rolstoelbasketbal leuker”, glimlacht zijn vrouw. ,,Daar gaat het minder hard.” Javid lacht. Hij hoopt ooit nog bij het Nederlands team te komen. ,,Hij is al wat ouder”, schiet zijn vrouw in de lach. ,,Ik moet inderdaad realistisch zijn. Maar het is wel een doel. Ik ben nog een beginner, doe pas sinds vier jaar mee. Ik verbeter me wel, maar dat gaat wat langzamer dan bij die jongeren. Negen van onze spelers komen uit voor dat Nederlands team. Ze wilden zich plaatsen voor de Paralympische Spelen van volgend jaar, maar dat is niet gelukt. Jammer genoeg is er weinig sponsoring, dat maakt het moeilijk. Misschien als Oranje zich een keer plaatst voor de Spelen, dat bedrijven dan wel willen steunen.”
Hij gaat nog twee keer per week naar de fysio. ,,Ik ga vooruit, maar het zijn millimeters bij het terug proberen te krijgen van mobiliteit. Ik geef niet op. Door middel van mijn looprek kan ik nu beter korte momenten staan. Soms een paar stapjes lopen, maar dat is moeilijk. Het rechtop staan doe ik elke dag even. Dat is goed voor mijn darmen en als ik het niet doe, heb ik veel last van spasmen.” Hij is blij in Edam. ,,We wilden in Amsterdam blijven, maar het was moeilijk om daar een aangepaste woning te krijgen. In deze gemeente lukte dat wel en we kregen goede hulpmiddelen. We hebben ook hele lieve buren.”
En hij heeft eindelijk werk gevonden. ,,Er was hier iemand van de gemeente, omdat ze iets met rolstoelsport wilde organiseren, en ik zei dat ik graag wilde werken. Het UWV kon me ook niet helpen. Maar na de ontmoeting met de vrouwen van de gemeente kwam de jobcoach hier en zo kwam de vraag of ik als techniek-assistent op het Don Bosco wilde beginnen. Daar ben ik sinds het begin van het schooljaar elke dag en het bevalt goed. Ik kan wel goed omgaan met jongeren. En mijn collega Peter Kras is als docent ervaren en weet er ook goed mee om te gaan. Je zit in de leefwereld van de jongeren en dat is ook leuk. Dan hoor je situaties die je als oudere man niet meer meemaakt”, lacht hij.
Als het op de politiek in zijn geboorteland aan komt, valt er minder te lachen. Tijdens de vorige zomer vakantie was hij er nog met zijn gezin. ,,Mijn kinderen waren steeds bang dat mijn hoofddoek, die ik daar wel droeg, een keer zou vallen. Zij waren op de hoogte van wat er dan gebeurt”, zegt Zahra. Een maand later escaleerde het volledig in Iran, met aanhoudende protesten. En werden politiepatrouilles en camera-inzet ingesteld, om het dragen van de hoofddoek te controleren. Anders volgen straffen. Javid: ,,Gelukkig waren we er net geweest. Want sindsdien zijn er vijfduizend mensen gedood, maar dat komt niet in de media. Er zijn veel protesten geweest. Jongeren willen vrijheid. Maar je moet er voorzichtig zijn om niet in de problemen te komen.”
,,Voorlopig is er geen behoefte om terug te gaan. Maar Zahra’s ouders leven nog. En onze families wonen er. Steeds meer mensen verzetten zich tegen de dictator en de regering, gelukkig. De destijds afgezette kroonprins, Reza Pahlavi, wil weer terugkeren. Jammer genoeg wordt het nog niet voldoende ondersteund door Europa en Amerika. Dat heeft met zakelijke belangen te maken. Iran heeft veel grondstoffen en is het derde rijkste land ter wereld. Hopelijk gaat de situatie nog eens veranderen. Hopelijk.”