Vandaag geopend: 08.00 - 17:30

Volendams Verleden: Evert Zwarthoed was Zouaaf in het Pauselijk leger

De vorige keer schreven we over Hilletje Zwarthoed, die was bijgenaamd naar haar vader ‘Hille van de Kuiper’. Zij was getrouwd met Jaap Tol, ‘Jaap Dei’ en woonde met haar gezin in de Giekstraat. In het artikel leerden we in grote lijnen haar levensverhaal kennen. Zoals Hilletje haar persoonlijke levensverhaal heeft, zo heeft haar vader Evert Zwarthoed, ‘De Kuiper’ dat zeker ook.

Drie broertjes Zwarthoed naar het katholiek weeshuis in Edam
Evert Zwarthoed was een zoon van Jan Zwarthoed ‘Poejan’ en Hilletje Kok en hij werd geboren op 13 februari 1844. Hij was de achtste in een gezin van 9 kinderen en was pas twee jaar oud, toen zijn moeder Hilletje Kok op jonge leeftijd kwam te overlijden. Om zijn kinderen bij zich te kunnen houden en om ze goed te kunnen verzorgen hertrouwde ‘Poejan’ met Bregje Kieft. Uit dit huwelijk werden geen kinderen meer geboren. Eind februari 1849 overleed ‘Poejan’ plotseling op de botter tijdens het vissen op zee. Zijn drie jongste zoontjes, een Jan, Klaas en Evert werden twee maanden daarna op 21 april 1849 opgenomen in het katholiek weeshuis in Edam. Evert was net vijf jaar. In het weeshuis leerden zij lezen, schrijven en rekenen en op iets latere leeftijd kregen zij een opleiding voor het leren van een ambacht. Jan werd later visser, maar Klaas Zwarthoed leerde het vak van timmerman; hij zal via het weeshuis zijn uitbesteed bij een meester-timmerman, waar hij het vak kon leren.

Evert Zwarthoed leert in het weeshuis het vak van kuiper
Evert Zwarthoed moet op zo’n zelfde manier via het weeshuis het vak van kuiper hebben geleerd. Een kuiper timmerde tonnen en vaten in elkaar met behulp van duigen (gebogen plankjes) en hoepels om de duigen op hun plaats te houden. Van de tonnen die hij maakte zullen er ongetwijfeld veel gebruikt zijn in Volendam voor het inmaken van bijvoorbeeld ansjovis en haring, die vervolgens voor de verkoop naar Amsterdam werden vervoerd en anders naar het buitenland werden geëxporteerd. Na zijn ‘ontslag’ uit het weeshuis moet Evert dit beroep nog een tijdje hebben uitgeoefend, want zijn bijnaam ‘De Kuiper’ zal hij niet zomaar hebben gekregen, die moet je verdienen.

Evert Zwarthoed ‘De Kuiper’ was Zouaaf in het pauselijk leger
Op 13 februari 1864, hij was toen 20 jaar, mocht Evert het weeshuis verlaten. Begin 1868 liet hij zich inschrijven als pauselijk Zouaaf. Hij volgde daarmee zijn oudere broers Kees en Klaas, die hem 2 jaar eerder, in mei 1866, waren voorgegaan. Kees, Klaas en Evert staan in de annalen van de katholieke kerk vermeld als de drie gebroeders Zwarthoed. Na zich te hebben laten inschrijven in Parijs vertrokken zij naar Rome, om het leger van de toenmalige Paus Pius lX te versterken bij het verdedigen van de Pauselijke Staat tegen de opstandige nationalisten onder leiding van Giuseppe Garbibaldi. Evert verbleef ongeveer twee jaar in Italië. Toen hij er aankwam was de strijd eigenlijk al gestreden, de paus had eerder al genoegen moeten nemen met het verlies van een groot deel van zijn staat. De Zouaven die hun contract nog niet hadden uitgediend en in Italië bleven werden nu ingezet voor politietaken. Zij opereerden in kleine groepjes en werden dan naar de ene en dan weer naar de andere plaats gedirigeerd, om dieven te arresteren en vooral om groepjes struikrovers te ontwapenen en gevangen te nemen. Dat was niet zonder gevaar; de struikrovers verstopten zich in de bossen op de berghellingen. Bij confrontaties ontstonden vaak vuurgevechten, waarbij doden vielen, ook aan de kant van de Zouaven. Toen de diensttijd erop zat mocht Evert, samen met andere Zouaven aantreden op het Sint Pietersplein. Als verdienste voor het strijden in het pauselijk leger ontving iedere Zouaaf, persoonlijk uit handen van de paus, een onderscheiding met een daarbij behorende oorkonde.

Gods wegen zijn ondoorgrondelijk
Rond de tijd van de Zouaven en lang erna was er bij de katholieke gelovigen een groot vertrouwen in God’s goede bedoelingen, hoewel men met veel bidden, frequent kerkbezoek en nog meer moest smeken om zijn gunsten. Na zijn inzet, met gevaar voor eigen leven, om de Kerkelijke Staat te behouden voor de toenmalige Paus Pius lX, mocht Evert Zwarthoed, ‘De Kuiper’ verwachten, dat God over hem zou waken. Maar God’s wegen zijn ondoorgrondelijk. Na zijn terugkomst in Volendam is hij twee keer getrouwd geweest. De eerste keer in februari 1874 met Geertje Tuijp. Maar Geertje overleed op slechts 39-jarige leeftijd. Evert hertrouwde toen met Trijntje Stavenuiter, maar ook zij overleed op jonge leeftijd, 42 jaar pas. Uit het eerste huwelijk met Geertje Tuijp waren vier kinderen geboren, van wie drie reeds na enkele dagen kwamen te overlijden. Alleen Hilletje bleef in leven, zij werd bijgenaamd naar haar vader ‘Hille van de Kuiper’. Over haar hebben we in een vorig artikel geschreven. Uit het tweede huwelijk van Evert, met Trijntje Stavenuiter, waren nog twee kinderen geboren, een Aaltje en een Geertje. Wie zouden er voor de kinderen hebben gezorgd, wanneer hun vader naar zee was om te vissen ?

Bij een tragisch ongeval verdronken op zee
Vóórdat Evert Zwarthoed naar Italië vertrok, had hij zijn beroep van kuiper al ingeruild voor dat van visser; nadat hij was teruggekeerd pakte hij dat beroep weer op. Begin mei 1899 is hij op een tragische manier komen te verdrinken op de Zuiderzee, dichtbij de haven van Volendam. Bij het binnenhalen van de dwarskuul, het was waarschijnlijk al donker aan het worden, wilde Evert wat bijlichten met een lantaarn, die hij aan de davit (een takel) zou ophangen. Door de een of andere oorzaak moet hij zijn evenwicht hebben verloren; hij tuimelde van boord en viel in zijn eigen visnet. De andere bemanningsleden trokken het net zo snel mogelijk op, maar toen ze Evert aan boord haalden, bleek hij al te zijn verdronken. Hij was toen 55 jaar.

De drie dochtertjes naar het weeshuis in Edam
De dochters Aaltje en Geertje waren toen nog heel jong, Hilletje was iets ouder. Zij werden eind mei 1899 met hun drieën opgenomen in het katholiek weeshuis, net als hun vader, maar dan 50 jaar eerder. In het weeshuis leerden de drie zusjes lezen, schrijven en rekenen. Vanaf hun 13e werden ze meestal uitbesteed als dienstbode bij een gezin in Edam of omgeving, om ervaring op te doen voor later, wanneer ze getrouwd waren en zelf hun huishouding moesten bestieren. Aaltje en Geertje Zwarthoed zijn beiden na hun huwelijken vertrokken van Volendam. Aaltje naar Krommenie, waar zij woonde met Jan van Rosmalen. Grietje is getrouwd met een Jo Visser. Hun oudere (half)zus Hilletje Zwarthoed kwam na haar ‘ontslag’ uit het weeshuis weer terug naar Volendam. Zij trouwde op 11 januari 1903 met Jaap Tol, ‘Jaap Dei’.

Met vriendelijke groet van Jan Schilder Vik, Pegasusstraat 25, 1131 NA Volendam, tel. 362216, e-mail: jan.schilder1@ziggo.nl

× Hoe kan ik je helpen?