Vandaag geopend: 08.00 - 17:30

‘Hij zal wel trots zijn’

Zus en broer Jaimy en Vince Mens missen hun vader langs de kant

Ze trotseren de kou, om te poseren in het oranje en rood-groen. Zus en broer, Jaimy (20) en Vince (23) Mens. In de kleuren die hun vader ook droeg. Adrie Mens overleed acht jaar geleden op 48-jarige leeftijd, als gevolg van een hartstilstand. Als het moest, kon hij een tegenstander hardhandig laten voelen dat die op zijn tellen moest passen, maar Adrie Mens stond als speler van RKAV Zaterdag-1 en EVC ook bekend als sfeermaker, vooral in de derde helft. De van hem bekende twinkeling in de oogjes zal hij boven laten zien, trots dat hij zal zijn op zijn kids. De één in de eredivisie uitkomend voor Garage Kil/Volendam en de ander in zijn voetsporen als verdediger met extra capaciteiten.

Door: Eddy Veerman

Het Nederlands Elftal speelt vrijdag tegen Argentinië en die wedstrijd stond in 2014 ook op de rol. Vlak voor dat WK overleed Adrie, getrouwd met Mirjam van Boven. Dochter van Paul van Boven, die al meer dan dertig jaar – als teammanager – bij de Zaterdag-1 betrokken is. Zijn schoonzoon speelde met die ploeg nog op het hoogste amateurniveau, onder meer tegen een topclub als Quick Boys. Opeens stopte het hart van ‘Mens’ met kloppen.

Jaimy: ,,Ik was destijds dertien; je wereld staat op z’n kop. Ik bleef aanvankelijk positief, het komt wel goed. Het was allemaal heel onwerkelijk. Als ik er nu aan terugdenk, dan had ik de mooie momenten samen meer moeten koesteren. Maar ik had nog zoveel gepland om samen te doen en je wordt zó overvallen. En we hebben ook geen afscheid kunnen nemen…”
Vince was destijds vijftien jaar. ,,Het was heel moeilijk toen. Het gebeurde hier in huis. Ik werd die nacht ook wakker en zag door het raam de zwaailichten van de ambulance. Ik ging naar beneden en zag mijn moeder daar zitten, huilend. Zij zei meteen ‘ga maar naar boven’, wilde mij niet bang maken. Maar je voelt dat er iets ergs is gebeurd. Er werd gedacht dat ‘ze’ er nog op tijd bij waren, dus toen hij in het ziekenhuis lag, waren de medici nog hoopgevend. Dus konden wij dat ook naar de buitenwereld zijn, want we kregen veel vragen. Aangezien mijn vader best een bekend persoon was. Maar al gauw bleek dat hij lang zonder zuurstof was geweest. Wij kregen toen een gesprek met een kinderpsycholoog en die vertelde dat er een wonder moest gebeuren, wilde hij nog wakker worden. Dat moment… toen klapte ik pas écht in. En vanaf dat moment werd het ook moeilijker om mensen te antwoorden als ze vroegen hoe het ging. Dan kon ik niet zeggen hoe erg het was.”

‘Ik had het met mijn vader wel eens over ‘later’, en toen het later was…’

,,Uiteindelijk haalde hij het niet. Het klinkt gek, maar die dagen voor de begrafenis gingen nog wel, want er kwamen heel veel mensen langs en je haalt samen met het gezin en die mensen mooie verhalen naar boven. Maar na de begrafenis had ik vooral het gevoel van ‘het is nu voorbij, hij komt nu weer binnen lopen’. Na een tijdje besef je dat dat niet meer het geval is. Dan ga je door met al je dingen, maar je hebt het wel heel moeilijk.”
Jaimy: ,,Mijn moeder was er altijd bij, als we speelden, mijn vader leefde voor de sport. Als het even kon, was hij er ook elke wedstrijd bij. Die mis je dan. Die mis je eigenlijk elke wedstrijd. Ook als je voor de eerste keer in een eerste team speelt, zoals bij VOC en later bij Volendam. Toen het net gebeurd was met m’n vader, zat ik op een verjaardag bij iemand en die speelde bij VOC in Amsterdam. Ik wilde ook graag zo hoog mogelijk handballen en hier in Volendam was toen nog geen sprake van eredivisiehandbal. Ik had het er een paar keer met mijn moeder over en zij zei ‘als je dat wilt, moet je dat doen, want als je vader nog had geleefd, had hij dat ook gewild. Die had jou daar elke dag naar toe gebracht’. Toen heb ik het gedaan. En bracht m’n moeder me telkens. Ik had het met mijn vader wel eens over ‘later’, en toen het later was… Maar door die stap te maken heb ik wel supermooie dingen meegemaakt, zoals Nederlands kampioen worden, in Slovenië een EK spelen Jong Oranje. Dat had hij ook geweldig gevonden, om mee te maken.”
Vince: ,,Ik zat in de tijd dat het gebeurde nog in de jeugd bij de RKAV. Negen van de tien wedstrijden stond hij te kijken, dan is dat heel anders opeens.” En ‘Aad’ was niet op zijn mondje gevallen, dus hij kon de kinderen ook van feedback voorzien. ,,Hij was wel eerlijk; als het goed was, zei hij dat het goed was en als het slecht ging, zei hij dat ook en vertelde hij er bij wat er beter kon. Hij was reëel. Al dat soort dingen mis je wel.”

Vanzelfsprekend
,,Mijn vader reed ons ook naar bijna alle uitwedstrijden. En dan ineens zijn al die kleine dingetjes weg. Alles. Wat zo vanzelfsprekend was. Nog steeds denk ik wel eens ‘wat had pa nu gedacht of gedaan?’” Jaimy: ,,Ik heb wel vaak, als er iets is gebeurd met een wedstrijd of op andere momenten, dat ik denk: ‘hij zal wel trots zijn’.”

Vince: ,,Bij de RKAV speelde ik enkele jaren in het eerste jeugdteam, totdat ik de groeischijf in mijn knie brak. Daardoor lag ik er negen maanden uit en dat was heel jammer, want ik was goed bezig. Ik speelde toen nog met Stef Schokker, Patrick Plugboer en Perry Karregat, jongens die nu met de Zaterdag-1 in de Derde Divisie spelen. Voor de selectie van de Zaterdag 1 en 2 waren er destijds zoveel spelers, dat ik besloot bij EVC te gaan spelen. Daar speelden ook jongens waarmee ik op de middelbare school had gezeten, zoals Brian Rossenaar en Daniël Kemper. Toen ik daar kwam, waren er meteen een hoop mensen die over m’n vader en zijn voetbaltijd bij EVC begonnen. Dat is alleen maar leuk.” Of ze zijn te vergelijken als voetballer, vader en zoon? ,,Ik denk het wel. Ik doe ook veel op inzet, net als hij. Hij kon een harde, felle, verdediger zijn, dat kan ik ook. Mijn vader scoorde vaak met zijn hoofd en was centrale verdediger. Ik ben back, kom er vaak overheen aan de linkerkant en geef de bal voor, zo gaat het vaker dan dat ik zelf in de zestien kom.” En het geintjes maken? ,,Ik ben wel iets meer ingetogen”, glimlacht Vince. ,,In een groep kon hij wel de gangmaker zijn.”

‘Ik twijfelde even of ik door moest gaan. Maar ik vind het spelletje nog veel te leuk en ben nog te fanatiek’

Dochter Jaimy groeide bij VOC uit tot jeugdinternational. In februari 2020 maakte zij haar debuut in de hoofdmacht van de landskampioen. Maar het A-team van Nederland halen, dat was niet realistisch. ,,Dan moet je op Papendal wonen, dagelijks bij de Academie trainen. Veel meiden van VOC deden dat wel, ik niet, ik wilde niet alles achterlaten en die stap maken. Ik ga daar niet genoeg plezier uit halen. Toen trad ook corona in en belde ergens in die tijd de nieuwe Amerikaanse coach van de Volendamse dames, Mark Ortega. Daar speelden veel speelsters die ik al kende en ik hoopte dat we met Volendam zouden kunnen doorgroeien en ook eens een keer Europa Cup spelen en misschien wel de finale om de landstitel halen. Dat werd het doel.”
Op haar achttiende keerde ze terug op het oude nest. ,,Vorig seizoen liep het hier niet echt lekker en twijfelde ik even of ik door moest gaan. Maar ik vind het spelletje nog veel te leuk en ben nog te fanatiek. Al die jaren moest ik vier, vijf keer per week op en neer naar Amsterdam en nu kan ik op de fiets heen. Dat is heerlijk. En in het veld ben ik nu één van de meiden die leiding moet nemen en dat vind ik wel weer leuk. Dan kun je jezelf doorontwikkelen en bepaalde technieken die ikzelf bij VOC – de beste leerschool – heb geleerd aan andere meiden overbrengen. Gelukkig is er wel wat veranderd bij Volendam. Vorig jaar gebeurde er gewoon wat minder aan de vrouwenkant, dat is nu serieus opgepakt. Door de voorzitter, Piet Kes, oud-speelsters als Anja Tol – die af en toe weer meespeelt – Jenny Hoogland en Ageeth Bond zijn betrokken bij het team, er zijn gesprekken met de speelsters. We hebben een trainer (de ervaren Hongaar Zsigmond Makay, red.) die heel serieus is, er wordt meer in ons geïnvesteerd.”

Vince – in het bezit van de Master Natuurkunde – en EVC doen het als promovendus behoorlijk goed in de Tweede Klasse. ,,Op wilskracht en teamspirit”, zegt Vince. Ze kijken bij elkaars wedstrijden, als dat kan. Jaimy – die straks afstudeert als technisch bedrijfskundige – is zowat vaste supporter van EVC: ,,Het gaat hier thuis wel zeventig procent van de tijd over sport.” Vince: ,,Ook over de gevoelskwesties, dat is prettig.” Jaimy: ,,Ik heb niet superveel verstand van voetbal, maar geef wel af en toe mijn mening.” Vince: ,,Ik zeg niet zoveel inhoudelijk. Soms, als ik vind dat ze best wat meer op doel mag schieten.” Zo leeft ‘Mens’ voort in zijn kinderen.

Fotogalerij

× Hoe kan ik je helpen?