Liander zet alle zeilen bij om de ‘stroomwinkel’ open te houden
Energietransitie zal bedrijven én consumenten raken
Vorige week las u in de Nivo dat het gebied rond Edam en Purmerend tot de knelpunten van het landelijke stroomnet behoort. Als gevolg zou er onvoldoende elektriciteits-capaciteit zijn om de industrie uit Edam-Volendam en bijvoorbeeld het FC Volendam stadion naar de Purmer te verhuizen. Maar het probleem is tweeledig. Zo ligt er een capaciteitsprobleem voor grootverbruikers, maar speelt ook energietransitie een rol, omdat er in de wijken een probleem kan ontstaan bij terug levering van zonnestroom op het net. Dat laatste vloeit in onze gemeente voort uit de Regionale Energie Transitie (RES) waar raadsleden zich veelvuldig over moeten buigen. De Nivo-redactie ging het gesprek aan met Marjolijn Bonnike, relatiemanager Zaanstreek-Waterland van de beheerder van het elektriciteitsnet Liander.
Door Kevin Mooijer en Henk Visser
Foto Liander
‘Wat is de oplossing voor de vastlopende elektriciteitsvoorziening?’, luidde de kop in de krant van woensdag 8 september. Een eenduidig antwoord op de landelijke hoofdbreker lijkt er nog niet te zijn. ,,De plannen van de gemeente Edam-Volendam om de industrie naar de Purmer te verhuizen zijn bij ons bekend”, begint Marjolijn. ,,In het ideaalbeeld wordt het Baanstee-Noord terrein doorgetrokken tot naar Edam, om zo de bedrijven en industrie uit de binnensteden te halen. Tegelijkertijd wordt de Purmer - met uitzondering van die strook – vrijgehouden. Om de verhuizing van de industrie naar dit gebied te realiseren, zal de bouw van een transformatorstation nodig zijn. Dit station zet de binnenkomende spanning om in een lagere spanning waar bedrijven en woningen op draaien. Met de gemeente Purmerend zijn we inmiddels in gesprek over de bouw van een transformatorstation. Op dit moment is de verwachting dat de realisatie van een transformatorstation in dit gebied in 2025 gerealiseerd kan worden. Hetzelfde geldt voor het uitbreiden van de capaciteit voor de industrie op het bestaande bedrijventerrein in Edam. In Q4 van 2025 hebben we daar, als alles volgens planning verloopt, de kabels verzwaard.”
‘Maar omdat we nu overal
zelf stroom opwekken met
bijvoorbeeld zonnepanelen
krijg je tweerichtingsverkeer
op het elektriciteitsnet.
Voor het transport van de
enorme hoeveelheden zonnestroom
zijn de kabels niet ontworpen’
,,Het hoogspanningsnet is van een landelijke beheerder en dus niet van regionale beheerders als Liander. Wij beheren de middenspanningsnetten en de laagspanningsnetten. En ons netwerk is van oudsher ontworpen voor de levering van stroom en dus niet voor het terug leveren. Maar omdat we nu overal zelf stroom opwekken met bijvoorbeeld zonnepanelen krijg je tweerichtingsverkeer op het elektriciteitsnet. Voor het transport van de enorme hoeveelheden zonnestroom zijn de kabels niet ontworpen. Deze situatie levert enorm veel knelpunten op. Wat we bijvoorbeeld zien is dat boeren over willen stappen op zonnepanelen, maar dat dit niet mogelijk is omdat het stroomnet in hun regio vol zit. Wij werken hard aan het verbouwen van het huidige elektriciteitsnet en tegelijkertijd moeten we onze ‘stroomwinkel’ openhouden. Tot 2030 investeren de Nederlandse netbeheerders 40 miljard in deze verbouwing.”
Het probleem dat het huidige elektriciteitsnet niet ontworpen is voor de ontwikkelingen die nu plaatsvinden leidt niet alleen tot problemen voor producenten van zonnestroom, grote zonnedaken en zonneweiden. Ook de consument gaat de gevolgen hiervan voelen. Marjolijn: ,,We zien tegenwoordig op veel plekken dat woningen voorzien zijn van zonnepanelen. Hierdoor wordt het steeds drukker op de kabels. Het piekmoment voor het opwekken van zonne-energie is tussen 11.00 en 14.00 uur. Dat is dus het moment waarop de meeste stroom terug wordt geleverd, waardoor het net en de kabel zwaar belast worden. Op het moment dat er overbelasting ontstaat treedt er geen stroomstoring op, maar schakelen de omvormers af zodat de op de kabel aangesloten apparatuur in huizen en bedrijven niet verloren gaat. Dit probleem is vrij nieuw, maar steekt op steeds meer plekken de kop op. Gevolg voor de eigenaar van de zonnepanelen is dat het terug leveren van stroom minder opbrengt. Dat is natuurlijk vervelend, maar het garandeert wel dat het licht blijft branden.” Netbeheerders werken hard aan een duurzame oplossing voor de overbelasting van het stroomnet. ,,Naast het feit dat het net moet worden uitgebreid zullen we er slimmer mee om moeten gaan. We zoeken naar een oplossing om de piek af te zwakken. Een antwoord zou kunnen schuilen in een manier om energie tijdelijk op te slaan, denk hierbij aan een thuisbatterij of accu.” Wie voor de aanzienlijke kosten van een dergelijke oplossing zou moeten opdraaien is nog de vraag.
Stroom is voor mensen inmiddels net zo vanzelfsprekend als kraanwater. Naast de investering tot 2030 van 40 miljard zullen netbeheerders hier een continue inspanning aan overhouden. Als de energietranstitie te snel gaat, denk aan het opschalen van elektrische auto’s en het openbaar vervoer, zullen er meerdere knelpunten volgen. Plannen en prioriteren van de energietransitie zou dan meer lucht kunnen geven.
Uw reactie