Algemeen

Wilde haren, gouden jaren:

Jan Keizer: kerkorganist, dirigent, kermiszanger, Cats-toetsenist en wiskundedocent

Jan Keizer is op z’n zachtst gezegd buitengewoon veelzijdig. Achter zijn vertrouwde synthesizer is hij een muzikale duizendpoot gebleken. Op zijn overvolle curriculum vitae zijn titels te lezen als kerkorganist, dirigent, pianist van the Cats, alleskunner bij Fiësta, accordeonist voor Piet Veerman, toetsenist bij de Notenkrakers en zanger en schrijver van kermisklassiekers als ‘Te Laat’ en ‘Goeie Koeju’. Onder de lokale jeugd staat Jan bekend als voormalig wiskundedocent van het Don Bosco College, maar de oudere generaties kennen hem beslist vanwege zijn kunsten op de piano. De strenge doch rechtvaardige bandleider is onlangs 69 geworden, maar stoppen met muziek is voor hem ondenkbaar. ,,Het houdt me jong en wie ben ik bovendien om nee te zeggen? Zolang mensen mij blijven vragen, blijf ik op komen draven.”
Door Kevin Mooijer


Jan groeide op in een streng, zwaar gelovig huishouden. ,,Mijn vader was organist en dirigent van het Mariakerk-koor”, begint zijn verhaal. ,,Hij speelde op zo’n oud traporgel. Dat was zo zwaar, dat hij vaak thuiskwam met opgezwollen enkels. Beneden bij ons thuis stond een piano in de voorkamer en in het achterkamertje was de slaapkamer van mijn ouders. De kamers waren gescheiden door middel van een glazen wandje. Mijn vader wilde dat ik piano leerde spelen en zette me op les toen ik zeven jaar jong was. Ik wilde zelf liever voetballen, maar vanaf dat moment moest ik verplicht drie kwartier per dag oefenen. Bij ieder foutje – hoe minimaal ook – schreeuwde hij dat het niet goed was. Dan zorg je op een gegeven moment wel dat je goed voorbereid bent.”
Jans pianoles ging door tot zijn veertiende en werd opgevolgd door nog twee jaar orgelles. ,,Rond mijn zestiende begon de popmuziek mijn aandacht te trekken. Ik begon met liedjes, die je op de radio hoorde, na te spelen en dat resulteerde een jaar later in mijn eerste bandje, Sunny Exploo. Ik kocht een soort orgeltje voor on the road. Eenzelfde type als dat the Doors gebruikten. Je had in die tijd natuurlijk nog geen synthesizers met daarin complete orkesten, zoals we die nu kennen. We speelden door heel Noord-Holland en onze optredens werden goed bezocht.”
Jan lacht: ,,We waren niet per se goed, maar dat maakte niet zoveel uit. Waar we speelden stond het namelijk stijf van de stuffrook. Er kwam een bepaald slag volk op onze band af, zullen we maar zeggen. We deden een hoop moeite om een show van onze optredens te maken. Als we bijvoorbeeld een nummer van Pink Floyd speelden, dan wisselden Frans Rikkers en ik van instrument bij de solo. Dat soort gektes viel hartstikke goed bij ons publiek.”

‘Mijn vader was op
een haar na priester
geworden en ik had
haar tot mijn ellebogen
en speelde in een
rockband voor hippies’

Ondanks de eerste successen die Jan boekte als muzikant, kon zijn werk thuis niet op goedkeuring rekening. ,,Vader vond het verschrikkelijk dat dit hem overkwam. Hij was op een haar na priester geworden – hij voltooide elf jaar van de twaalfjarige studie tot hij toch besloot te stoppen – en ik had haar tot mijn ellebogen en speelde in een rockband voor hippies. De visie die hij erop nahield, zorgde dat ik het zwarte schaap van de familie werd. Mijn broers en zus hebben nadien nog vaak gezegd dat ik de kolen voor hen uit het vuur heb gehaald. Aangezien ik de oudste was, heb ik het meeste meegekregen van die strikte opvoeding. Nadat ik op mijn twintigste in mijn hemd het huis uit vluchtte – om ongetrouwd samen te gaan wonen – heeft hij de teugels wat laten vieren.”
Jan speelde nog geen twee jaar in zijn eerste band, toen hij besloot de handdoek in de ring te gooien. ,,Ik had mijn vrouw Gaar ontmoet en ben wiskunde gaan studeren. Om toch wat bij te verdienen ben ik pianoles aan huis gaan geven. Op de fiets reed ik door Volendam om mijn vijftien leerlingen iedere week een half uur pianoles te geven. Daarnaast werd ik gevraagd om tennisleraar te worden. De officiële tennisleraar van het dorp had te veel leerlingen en ik was destijds één van de betere tennissers in Volendam. Hij vroeg of ik een aantal van zijn beginners wilde overnemen om hem te ontlasten. Zo had ik evengoed een paar centen te makken als student. En wat schetst mijn verbazing? Piet Veerman en zijn vrouw Neel stonden opeens in een korte broek tegenover me op de tennisbaan. Ze bleken mijn nieuwste leerlingen te zijn.”
,,Piet was goed op de hoogte van mijn kunnen op de toetsen en vroeg mij op een zeker ogenblik om even bij hem te komen zitten na een tennisles. ‘Wij willen met the Cats weer gaan beginnen met liveoptredens’, begon hij. ‘Daarbij willen we wat extra versterkingen in de band. Een gitarist en een toetsenman om precies te zijn. Voor de toetsen dachten we aan jou. Heb je daar zin…’. ‘Ja!’, zei ik, voordat hij zijn zin af kon maken.”
Jan kwam direct in een lange repetitieperiode terecht. ,,Voor Evert Jash en mij kwam er een droom uit. We kwamen in the Cats te spelen, de beste band van Nederland. We keken onze ogen uit in die tijd. Hordes met fans die de band door het hele land volgden. Maakt niet uit waar we speelden, zij waren er. Ook als het sneeuwde en ook op autoloze dagen. Hoe ze het deden weet ik niet, maar ze waren er. Wat ik vooral nooit zal vergeten is de kwaliteit van the Cats. Ze zongen áltijd zuiver. Ieder koortje dat ze zongen klonk als een klok. Ook live waren ze op geen valse noot te betrappen.”

Diezelfde eer
,,Enerzijds heb ik voornamelijk mooie herinneringen aan mijn jaren bij the Cats, maar anderzijds heb ik me nooit echt lid van de band gevoeld”, zucht Jan. ,,Het werd Evert en mij wel duidelijk gemaakt dat we geen echt lid waren, maar dat we ter ondersteuning aanwezig waren. Een extra bevestiging hiervan ondervonden we nadat Arnold Mühren tijdens een radio-interview had gezegd dat wij slechts gastarbeiders waren. Ik vond dat best vervelend als jonge muzikant. Ik wilde natuurlijk diezelfde eer als de oude garde, maar achteraf gezien begrijp ik het wel. Het was lullig voor ons, maar zij hadden de Cats-naam al opgebouwd voordat wij aansloten. Ik bewaar dus vooral goede herinneringen aan het avontuur. De humor in de kleedkamer, de grote zalen, de goede muzikanten, de enthousiaste fans, de professionaliteit waarmee we te maken hadden. Het is de grootste eer uit mijn carrière geweest om daar deel van te hebben uitgemaakt. Ik ben er altijd wel een beetje trots op geweest dat ik dat heb mogen doen.”
In 1979 besloten the Cats er mee te stoppen. ,,Ik heb nooit op één paard gewed, dus was ik in de tussentijd al werkzaam als wiskundedocent op het Waterlant College in Amsterdam. Na mijn periode bij the Cats kon ik een vaste aanstelling krijgen op het College.” Maar al gauw kwam er weer een bandje om de hoek kijken. ,,Begin jaren 80 kwam ik bij Next One terecht. Samen met Piet Vik, Cees Sjor, Jan Cas Sombroek en Dirk van der Horst speelde ik vier jaar lang overal door het land. Kermissen, zomertenten en grote zalen waren onze meest gangbare klussen. Regelmatig speelden we in gigantische kermistenten die voor de gelegenheid net buiten de gemeentegrens waren opgezet. De plaatselijke jeugd en die van het naburige dorp kwamen daar dan bij elkaar voor een feestje. Dat begon altijd gezellig, maar je kon er vergif op innemen dat de avond zou eindigen in een massale knokpartij. Vanaf het podium zag je de klapstoeltjes door de tent vliegen.”
Jan lacht: ,,Wat dat betreft heb ik toch wel veel plezier gehad tijdens mijn muzikale carrière. Ik ben zelf niet zo’n lachebekje, maar wanneer ik – als tamelijke droogkloot – tussen mensen als Piet Vik en Dirk van der Horst kwam te zitten, dan kon je erop wachten dat op een gegeven moment de tranen over m’n wangen liepen van het lachen. Zowel in the Cats als in Next One heb ik me verscheidene keren bijna doodgelachen. Ik wist niet wat me overkwam. Wat een tijd…”
,,Nadat ik op een gegeven moment merkte dat ik het te druk kreeg, besloot ik te stoppen met Next One. Ik was niet volledig overspannen, maar ik zat er wel tegenaan. Ik was fulltime docent, ik speelde nog altijd orgel tijdens kerkmissen, ik had m’n gezin en er ging veel tijd in Next One zitten. Ik moest dus iets af laten vallen. Terugkijkend, denk ik dat ik onbewust altijd door ben gegaan als organist in de kerk omdat mijn vader dat waardeerde. Het betaalde namelijk een rol drop, maar het werk kon op goedkeuring van mijn immer kritische ouweheer rekenen.”

‘Soms speelden we
tijdens een Volendammer
bruiloft 130 liedjes
op één avond. Dat kun
je je nu niet
meer voorstellen’

Pas begin jaren 90 werd Jan weer lid van een drukke band. ,,In de tussentijd heb ik nog in de Ceesie Cas Band gespeeld, maar dat was meer voor de gezelligheid in de oefenruimte dan dat we er iets serieus mee deden.”
,,Samen met Jan Mühren en Dirk Sier stapte ik in Fiësta. We waren een allround bruiloftsband. Jan Mühren zong en speelde gitaar, Dirk nam de drums voor zijn rekening en ik was toetsenist. Ik was verantwoordelijk voor alle melodieën, de strings, blazers, piano, alle solo’s, de bas en mijn deel van de zang. Om dit allemaal te kunnen bewerkstelligen had ik twee keyboards op elkaar staan, met nog een stringensemble naast me, met daarop het bier van Jan en mijzelf. In de punt van die keyboardhoek stond mijn boek. Tijdens het spelen keek en zong ik dus altijd naar rechts, terwijl ik met mijn voeten aan het bassen was.”
,,In die business gaat het zo snel. Er is niet eens tijd voor applaus omdat de liedjes aan elkaar vast zitten. Als we het laatste refrein van een nummer speelden, schreeuwde Jan Mühren al naar ons: ‘Slingers aan de wand!’, om maar wat te noemen. Onderwijl ik het laatste refrein speelde, was ik al in mijn boek aan het bladeren om de juiste keyboard-instellingen van ‘Slingers aan de wand’ te vinden. We hadden nooit een setlist. Jan las de zaal. Hij voelde precies aan welk nummer een goede opvolger zou zijn.”
De toetsenist neemt een korte pauze en lacht: ,,Het kwam wel eens voor dat ik een intro vergeten was. Dan riep ik heel hard ‘intro!’ naar Jan. En op de plaatsen waar hij normaal gesproken adempauze had tussen het zingen door, zong hij nu richting mij de melodie van het intro dat eraan zat te komen. ‘Ohja!’, riep ik, en de show ging verder. Dat was zo ongelofelijk intensief. Het zweet gutste tijdens de optredens van me af. Ik dronk best wel een biertje tijdens zo’n optreden, maar ik durf te wedden dat ik gewoon groen zou blazen bij een blaastest. Zoveel zweette ik.”
Ondanks dat Jan kerkorganist, Cats-lid, Next One-lid en dirigent is geweest, heeft hij bij Fiësta het meeste geleerd. ,,We waren met zo’n klein groepje, dat ik alles van mezelf moest vragen om allerlei dingen op te vangen. Soms speelden we 130 liedjes op één avond. Dat kun je je nu niet meer voorstellen. Een Volendammer bruiloft duurt van zes uur tot half twee ‘s nachts en het feest begint met brood eten. Terwijl de gasten zaten te knabbelen, speelden wij instrumentaaltjes van the Doors en dat soort dingen. Daarna kreeg je een borrelperiode waarin men gezellig werd, dan speelden wij lichte popmuziek. John Denver, Julio Iglesias, liedjes die Volendammers mooi vinden. Om een uur of negen zetten we voorzichtig een foxtrotje in. Een uurtje dansen en dan om tien uur ging de vlam in de pan. Doorhakken met feestmuziek tot half twee. Het was zwaar, maar ik had het voor geen goud willen missen.”
,,De band kwam ten einde omdat Dirk het wel vond geweest toen hij vijftig werd. Jan en ik wilden niet verder met een andere drummer, dus hakten we de knoop door: we gingen het laatste hoofdstuk van Fiësta tegemoet. Ons afscheidsoptreden – op maandag van kermis – was verschrikkelijk emotioneel. Fiësta was echt ons kindje. We waren heel close met z’n drieën – en dat zijn we eigenlijk nog steeds. Steevast doen we nog altijd ieder jaar op onze verjaardagen een biertje met z’n drieën. Herinneringen ophalen, mallepraat verkopen en vooral heel veel lachen. We zijn echt vrienden voor het leven geworden dankzij Fiësta.”

Parallel
Wat veertig jaar lang parallel liep aan zijn fulltimebaan en bandjesleven, was Jans taak als organist in de kerk. ,,Toen Kees de Bok stopte als dirigent werd er massaal naar mij gekeken als opvolger. Ik had geen ervaring als dirigent, maar dat trucje had ik natuurlijk wel veertig jaar kunnen afkijken bij Kees en zijn voorganger Theo Mühren. Ik besloot de uitdaging aan te gaan. De theoretische kennis had ik al wel, maar via online-filmpjes en cursussen maakte ik een aantal kneepjes van het vak eigen.”
Het ging Jan goed af, maar voor zijn gevoel ontbrak er iets aan. ,,Ik wilde gediplomeerd dirigent worden. Eenmaal ingeschreven bij de dirigentenopleiding in Utrecht mocht ik na het afleggen van een toelatingsexamen instromen in het vierde jaar van de in totaal zes jaar durende opleiding.” Als 56-jarige leerling kwam de wiskundeleraar iedere vrijdag weer zelf in de schoolbanken te zitten. ,,Het was flink slikken om aan te haken bij dat niveau. Ik was natuurlijk al redelijk op de hoogte, maar vakken als muziekgeschiedenis, solfège en harmonieleer bleken toch dieper te gaan dan mijn kennis in eerste instantie reikte.” Jan studeerde uiteindelijk zoals gepland af in een kerk, door een gelegenheidskoor te begeleiden.
Van het dirigentschap maken we een grote sprong naar de kermismuziek. Want ook in die merkwaardige wereld heeft Jan Keizer zich gemengd. ,,Ja, kermiszanger! Dat ben ik ook nog geweest!”, roept hij enthousiast. ,,‘Goeie Koeju’, ‘Te Laat’ en ‘Te Vroeg’ waren mijn hits.” Vooral ‘Goeie Koeju’ zou uitgroeien tot een september-hit in Volendam. Het liedje behoort steevast tot iedere kermisplaylist van een zichzelf respecterende liefhebber. ,,Ik werd eind jaren 90 gevraagd om een liedje te maken voor de eerste kermis-cd. Ik kwam met het liedje ‘Te Laat’, het jaar erop had ik ‘Te Vroeg’, maar dat werd niet uitgebracht vanwege de brand. Een paar jaar later kwam ik eigenlijk als een soort protestsong met ‘Goeie Koeju’. Ik vond het niveau van de kermisliedjes lineair omlaaggaan. Men pakte een bestaande melodie, schreef daar een paar Volendammer zinnen overheen en dat was het dan weer. Dus uit protest pakte ik ook een cover, maar de tekst ging dan over het feit dat ze dit allemaal deden. Later ontstond er een situatie waarin je iedere kermis overal op moest komen draven om je liedje te zingen. Dat was bij mij tegen het verkeerde been”, lacht Jan. ,,Zo kwam mijn carrière als kermiszanger ten einde.”
De combinatie van zijn kunsten op de toetsen en het moeite hebben met nee zeggen, heeft Jan van een rijk muzikaal leven voorzien. ,,In mijn jonge jaren ben ik nog repetitor als pianist geweest bij het Volendams Operakoor. Ik heb het land doorgereisd met Klaas Mooijer en Tiny Sier – beter bekend als Trijn Schimmel – als de Notenkrakers, waarmee we bekende operettemelodieën in bejaardenhuizen ten gehore brachten. Ik ben lid geweest van de Twaalf Rovers en later – in het verlengde daarvan – het Wijngenootschap. Dan kwamen we in Tiroler lederhosen van die Duitse wijnliederen spelen. Ik heb in de studio nog één en ander gedaan, waaronder als accordeonist een aantal nummers voor Piet Veerman en voor George Baker. Het schijnt dat Piet ooit gezegd heeft – nadat ik een accordeonpartij waar Flaco Jiménez aan was begonnen moest afmaken voor Piets album – dat het verschil tussen mij Flaco niet te horen was. Dat is denk ik wel het grootste compliment dat ik tijdens mijn carrière heb mogen ontvangen. Enfin, ik heb een duo gevormd met Jaap de Koster, ik heb in de Evening With Band gespeeld, ik ben dirigent geweest van the Pink Floyd Experience en ik ben vaste gast geweest bij the Living Room Band.”

‘Iedere keer als
ik die accordeon
moest uittrekken
langs mijn buik,
moest ik met al mijn
kracht die hele zaal
naar achteren duwen’

Over the Living Room Band schudt Jan op de valreep nog een leuke anekdote uit zijn mouw. ,,Vroeger speelden we iedere maandag van kermis in ’t Winckeltje met die band. Stonden we net als haringen in een tonnetje achterin bij de meiden-wc te spelen. Frans Pelk was gitarist in die tijd en hij stond het meest aan de zijkant van het podium. Iedere keer als er iemand naar de wc moest, liep diegene langs Frans, waardoor hij iedere keer – niet één keer uitgezonderd – de microfoon tegen zijn tanden kreeg. Ik stond aan de veilige kant, dus ik lachte me dood. Het jaar erop was natuurlijk te verwachten dat Frans weigerde in ’t Winckeltje te spelen op maandag van kermis. Zo kwam ik aan de gevaarlijke kant van het podium terecht met mijn accordeon. Ik wist van tevoren natuurlijk wat me te wachten stond, dus ik kwam bij het optreden aan met een plastic tasje met daarin vijf handdoeken en vijf schone shirts. Het zat namelijk zo: iedere keer als ik die accordeon moest uittrekken langs mijn buik, moest ik met al mijn kracht die hele zaal naar achteren duwen. Ik was de hele middag aan het krachttrainen in ’t Winckeltje. En terwijl ik die onmogelijke bewegingen maakte, moest ik ook nog eens zingen. Bedakken met hoofdletters…”
Als zevenjarig jongetje werd Jan met tegenzin op klassieke pianoles gezet, maar nu hij de zeventig aantikt kan hij met een trots gevoel terugkijken op zijn carrière. Zijn muzikale pad leidde langs verschillende routes, waarvan niet alle ingeslagen wegen op goedkeuring van zijn gelovige vader konden rekenen, maar één ding is zeker: Jan kan zonder enige twijfel op het respect rekenen van zijn medemuzikanten. In rockbands horen we Jan achter de piano, in countrybands speelt Jan accordeon, in de kerk zit hij achter het orgel, in feestbands speelt Jan alles behalve de drums en gitaar en bij het koor is hij de dirigent. Van het feestcircuit tot de klassieke muziek, in de muziekwereld wordt Jan Keizer op waarde geschat. ,,Ik vind het een eer dat ik nog steeds gevraagd word. Op mijn leeftijd actief blijven in de muziek is een ongelofelijk goed middel gebleken om geen oude zak te worden. Dat keyboard is gigantisch zwaar, dus telkens sjouwen met dat ding helpt me jong te blijven. Bovendien moet ik er niet aan denken om het musiceren en de kleedkamerlol te moeten missen. Volendam is dus nog lang niet van me af.”

|Doorsturen

Uw reactie


Sportweddenschappen zijn big business in Nederland, met meer dan 2 miljard euro die jaarlijks in online casino's wordt ingezet. Deze activiteit is toegenomen omdat Nederlandse spelers zich steeds meer op hun gemak voelen bij het wedden met hun computer. Bovendien is er met de opkomst van de technologie een toegenomen belangstelling voor goede online casino's die gratis spins zonder storting Nederland aanbieden. Naast traditionele sporten zoals voetbal en basketbal, kunnen Nederlandse gokkers nu ook weddenschappen afsluiten op allerlei andere evenementen, waaronder paardenraces, darts en zelfs eSports-toernooien. Tegenwoordig bieden veel Nederlandse online casinosites sportweddenschappen aan als een van hun belangrijkste attracties. Nederlandse spelers zijn vooral dol op weddenschappen op wedstrijden tussen Europese topcompetities, zoals Premier League clubs Manchester City en Chelsea of Bundesliga Borussia Dortmund tegen teams uit lagere divisies. Ze wedden ook graag op losse wedstrijden of series met bekende sporters of teams uit andere landen.

Akár egy lakos, aki naprakész szeretne maradni a városban zajló eseményekr?l, vagy egy kíváncsi utazó, aki a régió gazdag történelmébe szeretne betekintést nyerni, ez a webhely digitális útmutatóként szolgál Edam-Volendam lényegéhez. A rengeteg információ között harmonikus egyensúlyt ér el a weboldal, amely a magyar 22bet casino dinamikus világának felfedezésére hívja a szórakozás iránt érdekl?d?ket. Miközben helyi híreket néz az oldalon, merüljön el az online játékok izgalmas univerzumában. Számos online platformjátékkal és fogadási lehet?séggel a 22bet casino a szerencsejáték varázslatos vonzerejét hozza a képerny?re. Tegyen egy utazást a hagyományos asztali játékokon, a modern játékgépeken és egy izgalmas él? osztói élményen keresztül. Ahogy az Edam-Volendam gazdag örökséget testesít meg macskaköves utcáin, a 22bet casino a véletlen örömét testesíti meg, így a webhely kett?s menedéket nyújt az információkeres?k és a szórakozás számára.

Casino's hebben de laatste tijd aan populariteit gewonnen, vooral online casino's. Dit komt door een aantal redenen, waaronder het feit dat ze handiger zijn dan fysieke casino's en dat ze een spannende gokervaring bieden, waarover u meer kunt vinden op https://onlinecasinosnl.com/casino-bonus/. De stad Nieuw-Volendam is geen uitzondering op deze trend, en er zijn nu verschillende online casino's beschikbaar voor spelers daar. Bezoekers kunnen een verscheidenheid aan online casino's vinden die spellen aanbieden zoals gokkasten, roulette, blackjack en poker. Naast online casino's zijn er ook veel goede fysieke casino's die goed verlicht zijn en ruime gokruimtes hebben met comfortabele stoelen en tafels. Sommige casino's hebben ook grote LCD-schermen waarop de actuele speluitslagen te zien zijn. Online casino's zijn de laatste jaren steeds populairder geworden, en de stad heeft verschillende opties voor spelers. Of u nu op zoek bent naar een veilige en beveiligde online casino ervaring of uw geluk wilt beproeven op enkele van de grootste en beste merken in de business, u zult vinden wat u nodig heeft in Nieuw Volendam.


Nieuw-Volendam in beeld


Laatste nieuws

Ondernemend nieuws

Laatste vacatures

Meest gelezen

Laatste reacties

text ankor text





Ook hier adverteren?








Weer

 

Poll

Dowiedz si? o najnowszych wydarzeniach w Edam-Volendam, od wydarze? spo?ecznych po polityk? miejsk?, aby nad??y? za biciem serca tego malowniczego regionu. Ale emocje na tym si? nie ko?cz? – dla tych, którzy szukaj? innego rodzaju przygody, nasza platforma p?ynnie ??czy geograficzne podzia?y, daj?c wgl?d w legalne kasyno polska. B?d? na bie??co z dynamicznym krajobrazem gier hazardowych w kasynach, zmianami regulacyjnymi i ofert? rozrywkow? w Polsce. Od ol?niewaj?cych ?wiate? warszawskich kasyn po strategiczn? atrakcyjno?? sto?ów do blackjacka i pokera, nasza strona internetowa informuje Ci? o kwitn?cej bran?y legalne kasyno polska. Niezale?nie od tego, czy jeste? urzeczony beztroskim urokiem Edam-Volendam, czy kuszony t?tni?cym ?yciem ?wiatem polskich kasyn, nasza strona internetowa b?dzie dla Ciebie miejscem, w którym znajdziesz ró?norodne informacje i do?wiadczenia.