
‘Helaas bleek zijn Duitse taalbeheersing niet te zijn wat men ervan had verwacht' n
Wijlen Joop Vracht liep op valreep internationaal succes mis
Kermis is in aantocht. In de aanloop gaan we in de Nivo drie keer terug in de tijd, naar platen met een verhaal. De huidige generatie kermisartiesten staat op de schouders van reuzen. Grootheden in een lange muzikale traditie rond het Volendamse feest van het jaar. Van deze lokale helden kan de op 31 juli 2004 overleden Joop Buys (Vracht) wellicht als een van de belangrijkste worden aangemerkt. Er zijn slechts weinig dorpsbewoners die zijn lied ‘De Sancta Maria’ niet woordelijk kunnen meezingen. Joops talent werd tijdens zijn leven niet alleen binnen de dorpsgrenzen opgemerkt. Zo toonde een Duitse platenmaatschappij ooit serieuze interesse in zijn muziek. Een belangrijk muzikaal brein achter de artiest Joop Vracht, is Cor Veerman (Dekker). Hij vertelt over de vijftien jaar geleden dorpszanger.
Door Laurens Tol
Cor schreef de tekst en muziek van een van Volendams meest vermaarde feestnummers. ,,Op een dag was ik alleen in huis. Mijn vrouw was met mijn dochter naar een buurtuitje. Ik pakte een gitaar erbij en toen mijn echtgenoot terugkwam, had ik ‘De Sancta Maria’ geschreven. In die tijd was Joop een van de beste klanten van het café dat ik toen beheerde. Mijn vrouw hoorde het liedje en stelde voor om het door hem te laten zingen. Kort daarna heb ik Joop benaderd”, vertelt Cor.
Hij was vereerd door het voorstel van Cor en wilde meewerken aan een opname. ,,De basis van het liedje was af, maar dan heb je nog geen plaat. Ik ben het verder gaan uitwerken op mijn viersporen-recorder. Toen ik er enigszins tevreden over was, ben ik te biecht gegaan bij Thomas Tol. Die was toen op het hoogtepunt van zijn roem met BZN. Hij vond het gelukkig wel leuk om mee te spelen tijdens een opnamesessie.”
De volgende stap was het vinden van een goede studio. ,,Ik polste Arnold Mühren en hoopte maar dat hij zijn studio beschikbaar wilde stellen voor dit project. Gelukkig was het geen punt voor hem. Een zware delegatie muzikanten ging daarna aan de slag. Naast Thomas als toetsenist/arrangeur, speelde zijn helaas inmiddels overleden broer Cees mee. Mijn broer Jack drumde en Jan Tuijp (Pet) maakte als bassist het BZN-collectief dat zijn medewerking verleende compleet.”
‘Of je van zijn
muziek hield of niet,
tijdens een optreden
van Joop stond
iedereen op de tafel’
Arnold Mühren zocht in zijn netwerk naar een platenmaatschappij die het werk wilde uitbrengen. ,,Het is uiteindelijk uitgebracht door het label ‘Fleet’. Later bleek dat deze maatschappij al een Duits nummer had uitgebracht onder de naam ‘Sancta Maria’. De B-kant van de single ‘’n Melodie’, werd daardoor A-kant. Dit is volgens mij de reden geweest dat onze Sancta Maria niet het gehoopte succes bracht. In Volendam werd het nummer overigens wel een megahit.”
Via een omweg leek internationaal succes later alsnog haalbaar. ,,Joop zong ooit een avond in het voormalige café Jan Kok. Op het biljart stond hij De Sancta Maria te zingen. Toevallig lag er toen een boot met Duitsers in de haven. Een van de passagiers van dit schip was eigenaar van meerdere platenzaken. Hij vond het geweldig en zei steeds: ‘Noch einmal die Sancta Maria!’. Joop kwam maar niet van het podium af. Die avond bleek onverwachts ineens belangrijk te zijn.”
Arnold Mühren werd daarna benaderd door Frank Jansen, die op dat moment werkte als manager in Duitsland. ,,Hij vroeg ons of wij het nummer in het Duits wilden opnemen. Ralph Siegel heeft toen een Duitse tekst gemaakt voor De Sancta Maria. We kwamen beslagen ten ijs aan in een studio in de stad Keulen. Het was een grote, mooie ruimte en Joop kreeg alle tijd. Helaas bleek zijn Duitse taalbeheersing niet te zijn wat men ervan had verwacht. Het nummer werd niet uitgebracht.”
Een Duits succesverhaal zat er niet in. ,,Desondanks was het een prachtige trip. En Joop heeft het toch maar even geschopt tot aan Duitsland. Het is al een prestatie dat mensen van naam in hem geïnteresseerd waren. Later zijn er in Nederland nog wel meer singles uitgebracht. De single ‘De Sergeant’, met als B-kant ‘Ave Maria’ bijvoorbeeld in 1982. Later in 1984 was het de beurt aan ‘Dans Maar, Feest Maar’. Die singles waren in het hele land te koop. Dat was knap van Joop.”
Een ander eervol verzoek volgde. ,,De BZN-producers Cor Aaftink en Roy Beltman wilden met hun eigen bedrijf ‘Corduroy’ een LP met muziek van Joop uitbrengen. Het resultaat was de plaat ‘Wereldmelodieën in het Hollands’. Een soort verzamelalbum met Joops werk. Ook deze plaat was landelijk verkrijgbaar. Helaas is hij niet meer onder ons, maar deze plaat ligt er nog wel. Ik vind dat echt te gek. Je moet het maar voor elkaar krijgen als kermisartiest.”
Joop is zijn hele leven blijven zingen. ,,Je kon altijd een beroep op hem doen. Als je een avondje organiseerde en je vroeg hem om te zingen, dan kwam hij langs. Of je van zijn muziek hield of niet, tijdens een optreden van Joop stond iedereen op de tafel. In cafés op de dijk trad hij ook vaak op. Het was in die tijd erg gezellig in de kroegen en Joop was hier een belangrijke factor in. Hij genoot daar echt van. Zingen en het feest maken was voor hem het mooiste in het leven.”
‘Gelukkig hebben we
de opnames nog,
zodat men naar zijn
muziek kan blijven luisteren’
Joop zong altijd. Ook wanneer dit soms minder gewenst was. ,,Als hij kwam aanrijden met zijn oranje Opel die nogal veel geluid maakte, dan hoorde je hem al hardop zingen. Na afloop van een avond in de kroeg gingen we weleens nazitten. Eenmaal in de buurt van het hofje in de Maanstraat waar Joop woonde, bleef hij luidkeels zingen. Er werden mensen wakker en volgens mij waren ze daar niet echt blij mee. Maar ja, hij kon het niet laten”, zegt Cor met een glimlach.
Naast zijn zangpassie had Joop nog een andere carrière. ,,Hij heeft veel in de visbranche gewerkt en had ooit zijn eigen viskraam. Daar heeft hij zelfs nog een prijs mee gewonnen. Een blad riep zijn kraam eens uit tot beste haringstal van Nederland. Zijn zaak was dus best goed verzorgd. Hij was apetrots op deze prijs, maar toch lag zijn hart niet in de vis. Vaak deed hij gekscherend over het werk dat hij deed. Hij lachte om dezelfde handelingen die hij steeds moest verrichten.”
Op een bepaald moment werd bij Joop de ziekte kanker geconstateerd. ,,De dokter stelde chemotherapie aan hem voor. Daarop vroeg Joop aan de geneeskundige in kwestie hoeveel procent kans van slagen deze behandeling eigenlijk had. De dokter kon daar geen antwoord op geven, waarna Joop zei: ‘Dan moet u zelf maar chemo nemen en dan ga ik weer weg’. Toen heeft hij nog ongeveer drie jaar geleefd zonder medicatie. Het einde was helaas toch onvermijdbaar.”
Op 31 juli 2004 overleed Joop uiteindelijk op 67-jarige leeftijd aan de gevolgen van zijn slopende ziekte. ,,Het was een bijzonder persoon. Er zijn niet veel mensen van wie ik zoveel onthouden heb als van hem. Dat wil wel wat zeggen. Hij heeft het in zijn leven geschopt tot het operakoor van het Concertgebouw en een oeuvre achtergelaten. Joop heeft mensen veel gezellige momenten bezorgd. Gelukkig hebben we de opnames nog, zodat men naar zijn muziek kan blijven luisteren”, besluit Cor.