
‘Er wordt niet meer besloten óver maar mét’
SKOV staat na bewogen jaar wederom voor nieuwe uitdagingen
2022 was een roerig jaar voor de SKOV en haar takken Voortgezet Onderwijs (Don Bosco College) en Primair Onderwijs (basisscholen). Een soepel verlopen fusie tegenover een moeizamere nog op handen zijnde samensmelting van twee basisscholen, het DBC kreeg een nieuwe rector, ondervond de weerslag van de coronaperiode en het vele lesuitval, en vervolgens bemoeide (een deel van) de politiek zich met de kwaliteit van het onderwijs en het voortbestaan van het DBC. De leerlingenkrimp (voor 2029 is de prognose dat er rond de 800 leerlingen op het DBC zitten) opende de deur voor gesprekken met De Triade, over een samenwerking. Drie voorzitters van de toezichthoudende organen (de Raad van Toezicht, de medezeggenschapraad van het medezeggenschap primair onderwijs en de medezeggenschapsraad van het voortgezet onderwijs) binnen het Stichting Katholiek Onderwijs Volendam laten wat zaken de revue passeren.
Door: Eddy Veerman
,,Zo’n tien jaar geleden heeft de SKOV een slag gemaakt, van vrijwilligersbestuur naar professioneel bestuur”, begint Hans Schoorl. ,,Bij die ontwikkeling is gezocht en gekeken naar het model dat past bij een grote organisatie. Om zo ook de rollen binnen de SKOV te verduidelijken: wie gaat waar over. We groeiden naar een open organisatie, die meer dan voorheen invloeden van buiten naar binnen haalt. Vier jaar geleden werd tijdens de jaarlijkse zelfevaluatie van het bestuur duidelijk dat we richting 2020 een nieuwe – volgende – stap wilden maken. Om effectiever te kunnen beslissen over tal van complexe situaties, wilden we naar een College van Bestuur – ingevuld door Margareth Runderkamp – en een Raad van Toezicht. Die stap is vorig jaar gezet, na overleg met en met instemming van de medezeggenschap van het Don Bosco College en de basisscholen. Een duidelijke rolverdeling waarbij er ook een duidelijke informatieplicht is vanuit het CvB naar de rest van de organisatie en toezichthouders.”
Arian Prins: ,,Er ontstond een houding van overleg en er samen uit zien te komen.” Schoorl: ,,We stonden voor een aantal uitdagingen, zoals de krimp van het leerlingenaantal, welke in het basisonderwijs nog groter is . Eerst is de Blokwhere verplaatst en de Zuidwester verdwenen, de Kennedy en Nicolaasschool gingen afgelopen zomer op in de Samensprong en de Springplank en Spinmolen staan voor een fusie. Per saldo ga je in drie basisscholen terug. Als je kijkt naar het VO, voelt ook het Don Bosco College dat er minder kinderen worden geboren in de gemeente en in de kern Volendam in het bijzonder. Dat betekent net als in de rest van de regio Waterland krimp op alle terreinen van het onderwijs. Dat vraagt iets van hoe je de boel organiseert, waarbij je de hoge kwaliteit en een breed onderwijsaanbod in stand wilt houden. Daarvoor zijn acties nodig. Ook omdat het bedrijfsleven daar aangeeft dringend behoefte te hebben aan technisch opgeleid personeel. Zij vraagt om expertise. Inmiddels zijn de eerste gesprekken gevoerd om tot een samenwerking te komen met De Triade.”
‘De vijver van leerlingen wordt overal kleiner en je moet niet willen concurreren met andere scholen’
,,Dat het Don Bosco College ‘op’ Volendam staat, is de kracht van de school”, zegt Marijke van Oppens. ,, De grootste groep leerlingen komt nog steeds uit Volendam, maar er komen steeds meer leerlingen uit de regio naar het Don Bosco, sinds vorig schooljaar is er een samenwerking gestart met FC Volendam waardoor er zelfs leerlingen van buiten de regio onderwijs volgen op het Don Bosco. De vijver van leerlingen wordt overal kleiner en je moet niet willen concurreren met andere scholen. Het belangrijkste doel moet, ongeacht de leerlingenkrimp, de nasleep van corona en het groeiende lerarentekort, zijn om goed onderwijs aan te blijven bieden, gebaseerd op een lange termijnvisie. Dat is een uitdaging. Ik werk hier inmiddels 25 jaar en dan heb je vele fases van een school – met ups en downs – wel meegemaakt. Nu is het noodzakelijk om als schoolteam, maar ook met toezichthouders te gaan kijken naar de toekomst. Bij de basisscholen is men al een stapje verder, door samen te werken zónder identiteit te verliezen. Ook wij moeten ergens uitkomen. Nu die roep er is, is er ook meer contact dan ooit.”
Er is een constructieve beweging gaande, volgens Arian Prins: ,,Ik zat in de MR van basisschool ’t Kofschip in de tijd dat de organisatie van de SKOV er nog anders uit zag. De tijd dat er heel veel werd opgelegd van hogerhand.” Schoorl: ,,Er werd besloten ‘over’ en niet besloten ‘met’.” Prins ,,Het SKOV-bestuur was een soort van diffuse wolk waar iedereen naar kon verwijzen. Dat is afgebroken: er is eigen verantwoordelijkheid gekomen, de scholen moeten in financieel opzicht de broek ophouden en verantwoorde keuzes maken. Dat was even slikken, ook voor de directeuren. De MR-leden hebben vervolgens ook trainingen gekregen, om betere financiële gesprekken te kunnen voeren met hun directeuren.”
,,Vervolgens kwam het punt van ‘wat is je visie op hoe je het onderwijs gaat organiseren?’ Moest dat dezelfde blijven? Er zijn hier genoeg ouders die buiten de standaard om interesse hebben – in andere vormen van onderwijs – en kunnen we dat voor elkaar krijgen hier in Volendam? Dan moet je niet meteen megagrote stappen zetten, maar begin met scholen zelf de ruimte te geven om ideeën te ontwikkelen. Ze mochten zichzelf onderscheiden, de eigen ambitie laten zien, investeren waarin ze willen investeren. Dat was aftasten en wennen, maar dat geeft je ook het gevoel dat je serieus genomen wordt in je eigen vak.”
‘Al met al zijn er 65 mensen bezig om in meer of mindere mate kritisch te kijken naar de keuzes die worden gemaakt binnen de SKOV’
,,Er is zoveel vakkennis en deskundigheid hier op de basisscholen. En beslissingen worden inderdaad niet meer over de scholen heen gegooid. Neem het continurooster, iets wat ontstond tijdens de coronatijd. Scholen kunnen eventueel zelf en met hun achterban in gesprek gaan als ze dat nu definitief in willen gaan zetten. Dat is positief. Je bent nog steeds één stichting, dus je hoeft elkaar niet kapot te gaan concurreren. En je geeft de ouders op deze manier iets te kiezen. Hoe mooi kan het zijn? Het is goed dat er verschillen komen in de basisscholen, dat leidt misschien ook tot een dorp met meer diversiteit, als die leerlingen later hun rol in onze maatschappij gaan innemen.” Schoorl: ,,En door het aanpassen van het plaatsingsbeleid, wat echt een mijlpaal is geweest, hebben ouders ook meer mogelijkheden om te kiezen.”
Een viertal Volendamse initiatiefnemers voerde inmiddels enkele gesprekken met de SKOV voor de komst van een andere – wellicht aanvullende – vorm van voortgezet onderwijs: Agora. De hoop is gevestigd op realisatie medio 2024. Wat het basisonderwijs betreft, vaart Volendam al decennia de katholieke klassieke koers. Prins: ,,Wanneer een team van een basisschool interesse heeft in andere vormen, op bezoek gaat bij andere scholen elders en geïnspireerd raakt, het op papier wil zetten, er mee naar de MR gaat en de ouders wil enthousiasmeren, ga er voor. Er gebeurt al een en ander, maar dat is misschien minder zichtbaar. Ik weet dat er groepsdoorbroken les wordt gegeven bij ’t Kofschip, zo zet de ene school meer in op digitalisering en zo doen andere scholen dat ook op hun wijze. Ze laten zich inspireren op verschillende manieren.”
Van Oppens: ,,Het kost ook tijd; je kunt niet zomaar zeggen ‘we gaan morgen Dalton-onderwijs doen’. Als je bijvoorbeeld naar het Jenaplan wil, heb je eerst je kwalificaties te halen. Dan heb je nog een traject af te leggen als school. Men zegt wel eens dat het onderwijs traag is in zijn aanpassingen, maar het gaat ook eerst via de democratische wegen.” Schoorl: ,,Misschien lijkt het soms bureaucratisch, maar je wordt gedwongen met alle betrokkenen ergens over na te denken en met elkaar in gesprek te gaan.” Van Oppens: ,,Het voelt fijn dat we betrokken en opmerkzame ouders en leerlingen in de MR hebben, die kunnen ook veel aandragen.” Prins: ,,Al met al zijn er 65 mensen bezig om in meer of mindere mate kritisch te kijken naar de keuzes die worden gemaakt binnen de SKOV. Dat varieert van dingen die rondom Sinterklaas spelen, tot ‘hoe zitten de statuten in elkaar?’”
Schoorl: ,,Vorig jaar is de Onderwijsinspectie op het DBC geweest, dat levert ook altijd kritische kanttekeningen en verbeterpunten op, wat tot goede dingen leidt. Zoals gezegd, hebben we wat te doen hier.” Van Oppens: ,,Voorheen ging het grootste deel van de kinderen hier gewoon naar het DBC of Triade. Ouders gaan nu ook kijken in Hoorn. Dus moet je als school ergens voor staan en dat laten zien. Wij hebben een heel gevarieerd aanbod van vakken en onze examenresultaten op alle niveaus zijn het hoogst uit de regio. Naast alles wat je als school bereiken wilt bij de leerlingen is dat wel de kers op de taart. Daarnaast brengt de brede scholengemeenschap als groot voordeel met zich mee dat, als je een niveau hoger of lager beter bij je past, je dat binnen dezelfde organisatie kan doen. Dit behouden, zal dus ook prioriteit hebben. Op het DBC zijn veel oud-leerlingen aan het werk als docent, dat is een compliment. Daarbij is het tevens goed dat we docenten van elders hebben, dat is een kenmerk van een brede school.”
‘Voor het DBC is het ook lastig om te zien dat de SKOV een bak geld heeft en dat we daar als DBC geen gebruik van mogen maken’
Wat het instituut SKOV sinds een aantal jaren kenmerkt, is dat het een riante vermogenspositie heeft. ,,We zijn per saldo te rijk”, zegt Schoorl. ,,De SKOV heeft in het verleden heel veel geld opgespaard. Er zijn ook aanwijzingen gekomen vanuit het Ministerie van Onderwijs dat we plannen moesten maken om het vermogen in te zetten om het onderwijs hier verder te brengen voor de lange termijn. Dat geld is niet bedoeld om op de bank te laten staan.” Het grootste deel van het vermogen zit in het private deel en primair onderwijs. Van Oppens: ,,Dat is behoorlijk lastig. Op het VO is recentelijk juist radicaal bezuinigd. Voor het DBC is het ook lastig om te zien dat de SKOV een bak geld heeft en dat we daar als DBC geen gebruik van mogen maken om personele keuzes uit te stellen.” Schoorl: ,,Dat is ook tegenstrijdig.” Prins: ,,Het is fijn dat het vermogen er is, maar elke school moet zelf zwarte cijfers kunnen schrijven en dat vermogen moet in de komende jaren in een aantal zaken gaan zitten ten behoeve van het onderwijs, het moet niet worden ingezet om scholen met te kleine klassen in stand te houden. Dan wordt het eigen vermogen immers snel gereduceerd omdat onvermijdelijke keuzes uitgesteld worden. Maar, het is natuurlijk pijnlijk als basisscholen moeten fuseren en de reorganisatie in het VO is ook pijnlijk.” Schoorl: ,,Omdat je soms afscheid moet nemen van collega’s.” Prins: ,,Dat zorgde voor moeilijke gesprekken, maar die moet je – met het oog op de toekomst – niet uit de weg gaan. Zoiets zwaars kun je niet meer met een pennenstreek doen. Ik ben blij dat heeft het huidige bestuur dat ook niet heeft gedaan, het is een gezamenlijk proces geweest, met veel input van de besturen, directeuren, ouders en leerkrachten.”
Een punt van kritiek van menig ouder was tijdens coronatijd de hoeveelheid uitgevallen lessen, dat niet kon worden ondervangen. Van Oppens: ,,Vele leerlingen en docenten werden ziek, maar ook het online en hybride lesgeven vergde veel van zowel de leerlingen als de docenten. Nog steeds zijn de gevolgen hiervan merkbaar.”
,,En waar men bij het primair onderwijs veel processen rondom de leerlingenkrimp in de afrondende fase heeft, zit dat voor ons in de opstartende fase. Als VO hebben we geen andere scholen om mee te overleggen en we zijn afhankelijk van met welke school connecties worden gelegd en afspraken worden gemaakt. Daar krijgen we ook ruimte voor, om te zorgen dat we goed geschoold raken en er zijn allerlei plekken waar je informatie vandaan kunt halen. Daarmee kunnen we in overleg gaan en tevens zorgen dat we juridisch goed worden voorgelicht. We moeten ons advies- en instemmingsrecht heel serieus nemen. De winst is te halen in het goed communiceren en elkaar te betrekken.”
,,Duidelijk is dat er een nieuwe tijd is aangebroken: leerlingenkrimp, lerarentekort, nasleep van de coronapandemie, de rol van de (social) media, om maar een paar grote uitdagingen te noemen. Voor ons ligt de taak het goede te behouden, dat houdt in: toegankelijk en veelzijdig basis- en voortgezet onderwijs binnen de Volendamse gemeenschap en hierin alle afwegingen te bekijken om dit mogelijk te maken met middelen die er zijn. Dat kun je niet alleen, je ontkomt niet aan samenwerking. Daarbij is De Triade het meest voor de hand liggend.” Vlak voor de jaarwisseling kondigde wethouder Tuijp de komst van ‘een Techniekhavo’ aan. ,,Helemaal afgerond is dat nog niet”, zegt Hans Schoorl, ,,maar het is mooi dat hij enthousiast is. Dat zijn wij ook. De blik is hier weer naar voren gericht, we bouwen aan de toekomst, met behoud van het goede.”
Op de foto:
– Marijke van Oppens (rechts) is DBC-docent Kunst en CKV (Culturele Kunstzinnige Vorming), Post Academische Onderwijs en Techniek en Onderzoek. Zij is voorzitter van de MR, alsmede voorzitter van Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (VO), welke voor de helft uit docenten en de andere helft uit ouders en leerlingen bestaat.
– Hans Schoorl (midden) is sinds april 2021 voorzitter van de Raad van Toezicht, daarvoor was hij sinds 2016 lid en vanaf medio 2019 voorzitter van het bestuur van de SKOV. In het dagelijks leven is hij programma-/projectmanager aan de Vrije Universiteit van Amsterdam.
– Arian Prins (links) is voorzitter van de GMR van het Primair Onderwijs. Iedere basisschool heeft een Medezeggenschapsraad met leerkrachten en ouders, die ieder een ouder en een leerkracht naar de GMR, de medezeggenschapsraad op bovenschools niveau, afvaardigen. In het dagelijks leven is hij Hoofd Informatisering en Automatisering aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten.