Volendam gaat vacuüm verpakt op vakantie
‘Wie heeft de grootste dakkoffer?’ wordt momenteel weer massaal gespeeld in Volendam. Het is hét teken dat de bouwvak op de deur klopt. Je ziet het aan alles. De vacuümmachine draait overuren. In elke keuken staat wel een vader met ontbloot bovenlijf en een stuk leverworst in z’n hand, terwijl hij een koffer met flippen dichtduwt met zijn volle gewicht. Er wordt weer geplakt, gesjord, geritseld. Alles gaat mee: tassen, tenten, tafels, de zomereditie van ’t Bedakkertje en halve linnenkasten — gepropt in dakkoffers die daar fysiek niet op gebouwd zijn. En ondertussen klinkt, ergens op de achtergrond, De Kerremuskrakers op repeat. Niet omdat je dat per se wil, maar omdat het hoort. Net als je zonnebril vergeten. En ruzie in Zuid-Duitsland.
’t Dorp is leeg aan het lopen. Eén blik naar buiten en je ziet het: iedereen is bezig met weggaan. Zelfs winkels denken: laat maar. Er is toch niemand meer. De eerste levensbehoeften liggen aan het Gardameer, en de Huisartsenpost in Purmerend heeft zich daar geestelijk al bij neergelegd. Lees maar op bladzijde 5. Ook de redactie van de NIVO gaat mee in dit ritueel, zoals je hieronder leest. Maar geen zorgen. Als iedereen weer terug is, zijn wij er ook weer. Op precies het juiste moment. Net als altijd.
Twee weken geen NIVO
Op 30 juli en 6 augustus hoef je niet bij de brievenbus zitten wachten. De NIVO zal die woensdagen namelijk niet op de mat vallen. Ook een krant moet af en toe even op adem komen. In de derde week van de bouwvak zijn we terug, een tintje bruiner, uitgerust en met een tas vol nieuwe verhalen onder de arm. Tot die tijd: neem het ervan, geniet van je vrije dagen en van elkaar. Tot snel.
