Vandaag geopend: 08.00 - 17:30

All posts by De redactie

RKAV-zaal verliest ook oefenduel tegen Marlène

Na het verlies van vorige week tegen Hovocubo was nu ook Marlène te sterk voor het team van de afwezige coach Hjalmar Hoekema. Het begin was voor de bezoekers die hoog druk zetten waar de Volendammers geen raad mee wisten. De gasten kwamen dan ook verdiend op voorsprong.

 

Gaandeweg de eerste helft kreeg RKAV meer grip op het spel en was het Michael Tol (Pier) die met een prachtig doelpunt de gelijkmaker scoorde. Even later was het Frank Boogaard die de keeper van Marlène met een lobje passeerde.

In de tweede helft ging het tempo omhoog en trok Marlene de wedstrijd naar zich toe en met 3-5 (nog 1x Frank Boogaard) winnend wist af te sluiten. Volendam liet echter niet het achterste van haar tong zien door Robin Bont op de bank te houden, zodat het treffen in de competitie een heel ander verloop kan krijgen.

Fotogalerij

Afgestudeerd: Rosanne, Robert, Roy en Peter | Master of Accountancy and Control n

‘Meerdere wegen die naar de juiste studie leiden’

In deze rubriek gaat de Nivo het gesprek aan met mensen die zojuist een studie hebben afgerond. Waarom kozen zij voor deze specifieke opleiding? Wat zijn de bijzonderheden van hun vakgebied? Hoe hebben zij hun studietijd ervaren en wat zijn hun vervolgstappen? Achter elk van deze pas afgestudeerden gaat een uniek verhaal schuil. Deze week Rosanne, Robert, Roy en Peter.
Door Leonie Veerman

[ads id=66]

Maar liefst vier Volendammers haalden in juli hun masterdiploma Accountancy and Control aan de Universiteit van Amsterdam. Rosanne Schilder (22), Robert de Boer (25), Roy te Riele (23) en Peter Tol (26) volgden gelijktijdig deze intensieve opleiding, maar kwamen elk via een andere route bij deze Master terecht. Eén ding hebben de jonge accountants echter met elkaar gemeen: Na al die jaren van intensieve studie zit rustig achteroverleunen er voor hen nog niet in.
Na de zomervakantie beginnen Robert, Roy en Peter, naast hun nieuwe baan bij grote accountantskantoren, aan de tweejarige Postmaster Accountancy om registeraccountant te worden. Rosanne is op dit moment nog op zoek naar een werkplek, maar als ze die eenmaal gevonden heeft is ook zij vastberaden om zo snel mogelijk het vervolgtraject voor registeraccountant in te gaan.
Als de afgestudeerden terugblikken op hun masteropleiding stellen ze vast dat ze zich er allemaal eigenlijk goed doorheen geslagen hebben. ,,We haalden allemaal goede cijfers”, zegt Robert. ,,En ook niemand van ons heeft moeten herkansen”, vult Roy aan. Robert denkt dat dit onder andere komt omdat ze alle vier in accountancy echt hun passie gevonden hebben. ,,Al ging dat voor ons niet allemaal even eenvoudig”, lacht Peter.

Rechtstreeks of via een omweg
Alleen Rosanne ging na het VWO gelijk aan de UvA studeren en volgde haar bachelor en master zonder enige studievertraging. ,,Ik begon met de Bachelor Economics and Business Economics. In het derde jaar koos ik voor de specialisatie Accountancy en zo stroomde ik meteen door naar deze masteropleiding. Dat klinkt misschien simpel, maar ik heb nog best lang getwijfeld of ik het wel zou redden op de universiteit. Mijn vriendinnen hebben me uiteindelijk overgehaald om het gewoon te proberen. Ik besloot dat, mocht het me niet lukken, ik alsnog naar het hbo zou gaan, maar achteraf was ik misschien wat onzeker, want het ging me eigenlijk erg goed af op de UvA.”
Roy en Robert bewijzen dat je niet per se een vwo-diploma hoeft te hebben om het tot accountant te schoppen. Na de havo volgden zij eerst de hbo-opleiding Bedrijfseconomie aan de Hogeschool van Amsterdam, waarna ze eerst nog een premaster volgden voordat ze aan de master Accountancy and Control konden beginnen.
Bij de start van de hbo-opleiding Bedrijfseconomie waren ze in totaal met twaalf Volendammers, maar uiteindelijk hebben daarvan slechts vijf deze opleiding met succes afgerond. ,,Veel studenten komen er tijdens zo’n studie achter dat ze een verkeerde richting hebben gekozen, of dat het studeren toch niets voor hen is.” Robert lacht” ,,Daar weet ik zelf ook alles van.”

‘Ik vond het moeilijk
om op m’n vijftiende
al een mbo-opleiding
te kiezen’

Robert zat oorspronkelijk op het vmbo, om vervolgens door te stromen binnen het Don Bosco college en zijn havo-diploma te halen. ,,Ik had echt nog geen idee wat ik wilde met mijn leven, ik vond het moeilijk om op m’n vijftiende al een mbo-opleiding te kiezen, dus besloot om nog twee jaar door te gaan voor havo in Volendam. Na het behalen van mijn havo-diploma ben ik eerst aan een andere hbo-opleiding begonnen. Maar daar haakte ik na vier maanden al af. Achteraf gezien was ik er destijds echt nog niet aan toe om te gaan studeren”, legt Robert uit. Maar toen hij vervolgens in de vis ging werken, kwam hij al snel tot het besef dat hij toch graag weer aan een studie wilde beginnen. ,,Zodra het weer kon ben ik toen aan de hbo-bachelor Bedrijfseconomie begonnen, extra gemotiveerd haalde ik in het eerste half jaar alleen maar achten.”
Roy begon na het behalen van zijn havo-diploma wel rechtstreeks aan de bacheloropleiding Bedrijfseconomie aan de HvA, maar dat was van tevoren eigenlijk niet zijn bedoeling. Op de havo had ik het profiel Natuur en Gezondheid, omdat ik altijd dacht dat ik later iets in die richting wilde doen. Economie koos ik als bijvak, maar ik kwam er geleidelijk achter dat ik dat veel leuker vond dan al die bèta vakken. Ik was daar ook veel beter in, dus stortte ik me vol op die economiekant. Tijdens de bacheloropleiding Bedrijfseconomie heb ik vervolgens mijn liefde voor Accountancy ontdekt.”

Van celbiologie naar accountancy
Waar de verhalen van Robert aantonen dat je jezelf niet hoeft te beperken door je niveau of profielkeuze op de middelbare school, laat Peter zien dat ook een verkeerde studiekeuze (in een volledig ander vakgebied) je er niet van hoeft te weerhouden om uiteindelijk toch op de juiste plek terecht te komen.
Peter: ,,Ik dacht altijd dat ik arts wilde worden, dus had op het vwo het profiel Natuur en Gezondheid (N&G). Ik werd echter uitgeloot bij de opleiding Geneeskunde, en koos toen voor de bachelor Gezondheid en Leven aan de VU. ,,Dit is een vrij unieke opleiding die biomedische wetenschappen (zoals celbiologie en genetica) combineert met gezondheidswetenschappen (zoals voedingsleer en geestelijke gezondheid). Toen ik in het derde jaar naar een stageplek zocht keek ik in eerste instantie alleen naar werkgevers in en rondom Amsterdam, maar zelfs toen ik mijn zoektocht uitbreidde tot heel Nederland lukte het me niet om een geschikte stageplek te vinden. Deze ervaring had een zeer demotiverende uitwerking op me, en zette me serieus aan het denken over wat ik wilde met mijn leven.”

‘Bovendien was dit
een zeer brede opleiding,
en omdat ik nog niet
precies voor ogen had
wat ik precies wilde
gaan doen was dat
voor mij ideaal’

Na lang piekeren besloot Peter met de opleiding te stoppen. ,,Toen ik dat eindelijk tegen mijn ouders durfde te vertellen steunden zij deze beslissing gelukkig volledig. Net als Robert ben ik toen een aantal maanden in de vis gaan werken terwijl ik ondertussen zocht naar een andere geschikte opleiding: Eentje die meer carrièrekansen bood in een sector met voldoende werkgelegenheid”, vertelt Peter.
Na uitgebreid onderzoek, inclusief talloze bezoekjes aan open dagen, viel zijn keuze op de hbo-bachelor Bedrijfseconomie. ,,Dat is dezelfde opleiding die Roy en Robert gevolgd hebben, en wat me zo aansprak aan deze opleiding is dat zij ook een versneld traject aanboden, zodat ik toch in drie jaar mijn bachelorsdiploma kon halen. Bovendien was dit een zeer brede opleiding, en omdat ik nog niet precies voor ogen had wat ik precies wilde gaan doen was dat voor mij ideaal.”
Al snel merkte Peter dat hij de accountancy richting op wilde gaan, en zodra hij dat wist is hij er volledig voor gegaan. Al tijdens zijn intensieve premaster vond hij een baan als Assistent-Accountant bij BDO, een van de middelgrote accountancykantoren in Nederland. ,,Hier heb ik een traject gevolgd waarbij een fulltime baan wordt gecombineerd met de deeltijd master, dit houdt in dat je maandag tot en met donderdag de hele dag aan het werk bent, en vrijdag de hele dag college volgt”, vertelt Peter. ,,Dat was wel flink aanpoten. Misschien heb ik daarbij nog mazzel gehad dat we de afgelopen anderhalf jaar volledig zijn overgeschakeld naar thuiswerken en thuisonderwijs. Als ik naar al mijn klanten had moeten reizen en alle colleges fysiek had moeten bijwonen, had ik het misschien niet gered. En dan heb ik het nog niet eens over alle extra afleiding die ik anders had gehad op het gebied van sport en uitgaan.” Robert, Roy en Rosanne lachen. ,,Dit komt ons ook zeer herkenbaar over.”

De meerwaarde van praktijkgericht onderwijs
Als Rosanne, Robert, Roy en Peter het ergens over eens zijn, is het dat leerlingen op de middelbare school tegenwoordig op veel te jonge leeftijd een definitieve (studie)richting moeten kiezen. ,,Als je 14 of 15 bent heb je vaak nog geen idee wat je voor de rest van je leven wilt gaan doen, laat staan dat je precies weet wat je je moet voorstellen van het werk in verschillende sectoren”, zegt Robert. De rest knikt instemmend. Rosanne: ,,Het voelt op die leeftijd ook als een enorm belangrijke beslissing, en dat kan veel onzekerheid en stress met zich meebrengen.”
Het viertal snapt goed dat de overstap van de middelbare school naar een vervolgstudie voor veel mensen ook erg heftig kan zijn. ,,Opeens komt alles op je eigen verantwoordelijkheid aan”, zegt Robert. ,,Voor veel jonge studenten duurt het even voordat ze daar helemaal aan gewend zijn, maar als je niet gelijk goed meekomt loop je al snel zulke grote achterstanden op dat je de hoop opgeeft en de handdoek in de ring gooit.”
Robert: ,,Het is ontzettend zonde, want als je eenmaal iets ouder bent en meer verschillende ervaringen hebt opgedaan, weet je veel beter wat je wilt, en met het juiste gevoel van richting gaat het studeren je ook veel beter af.”
Achteraf gezien zijn Robert, Roy en Peter blij dat ze eerst de meer praktijkgerichte bacheloropleiding Bedrijfseconomie van de HvA volgden. Roy: ,,Zoals Peter al aangaf is dat namelijk een zeer brede opleiding, waarin je kennis maakt met verschillende takken van de bedrijfseconomie, zodat je kan ontdekken waar je voorkeuren liggen.” Robert knikt: ,,In tegenstelling tot de universitaire Bachelor heeft de hbo-opleiding Bedrijfseconomie ook twee verplichte stages. En juist door werkervaring op te doen begrijp je wat een bepaalde functie precies inhoudt en hoe een typische werkdag er uitziet. Ik heb zelf zowel stage gelopen op het gebied van Finance als op het gebied van Accountancy, en pas op de werkvloer kwam ik erachter dat ik echt een sterke voorkeur voor Accountancy had.”
Rosanne geeft aan dat ze het jammer vindt dat ze dergelijke praktijkervaring heeft moeten missen aan de UvA. De universitaire bachelor en master hadden geen stages. Zo’n academische opleiding richt zich voornamelijk op theorie, en nu ik op zoek ben naar werk merk ik dat het me best onzeker maakt dat ik nog niet precies weet hoe het er in het bedrijfsleven aan toe gaat. Achteraf had het me erg fijn geleken om als stagiaire al wat ervaring op te doen in verschillende rollen, zodat ik ook een beter beeld heb van wat er straks van me verwacht wordt als ik daadwerkelijk aan de slag ga als accountant.”

Afwisseling en uitdaging
Rosanne, Robert, Roy en Peter zijn erg blij dat zij uiteindelijk hun weg hebben gevonden richting de accountancy. ,,Ik kan me geen leuker en meer afwisselend vak voorstellen”, zegt Robert. ,,Geen dag is het zelfde, want je komt over de vloer bij vele uiteenlopende bedrijven, waar de bedrijfsvoering ook flink uiteen kan lopen. Het zou bijvoorbeeld zomaar kunnen dat je de ene dag voor een supermarktketen werkt, en de dag erna voor een advocatenkantoor.” Roy en Peter knikken en hebben het ook over de interessante mensen die je als accountant leert kennen.
Ook het uitdagende aspect van het werk valt goed in de smaak bij het viertal. ,,Je moet soms echt even puzzelen om fouten of onjuistheden te vinden of te verklaren. Of om tot een bepaald inzicht te komen.” Zegt Peter. Rosanne knikt: ,,Daar geniet ik misschien nog wel het meeste van, het geeft iedere keer weer een enorme kick als je na uren focussen weer een lastige puzzel hebt kunnen oplossen.”
Bij het schrijven van hun scripties hebben de jonge accountants zich al kunnen verdiepen in enkele interessante thema’s binnen hun vakgebied. Zo onderzochten Peter en Rosanne beide het effect van genderdiversiteit op de kwaliteit van accountancy. Met andere woorden: heeft een eerlijke verhouding tussen het aantal mannen en vrouwen op de werkvloer een positief effect op de gepubliceerde non-GAAP (niet gecontroleerde) winstcijfers? Peter richtte zich daarbij specifiek op de samenstelling van auditcommissies: een door de Raad van Commissarissen van een bepaald bedrijf ingestelde commissie, die hen onder andere adviseert op het gebied van financiële verslaggeving.

‘Ik merkte in mijn
onderzoek dat vrouwen
in dat soort hoge posities
vaak eerlijker zijn en
fraude sneller toegeven’

,,Ik heb echter niet kunnen aantonen dat een gebalanceerde mix van mannen en vrouwen betere resultaten boekt dan een minder divers team”, zegt Peter. Rosanne, die voor haar scriptie uitsluitend keek naar de invloed van vrouwelijke CFO’s en CEO’s op deze (niet gecontroleerde) winstcijfers, kon wel een positief effect vaststellen. ,,Ik merkte in mijn onderzoek dat vrouwen in dat soort hoge posities vaak eerlijker zijn en fraude sneller toegeven.”
Roy onderzocht of de ambtstermijn van een raad van bestuur de kans op fraude beïnvloedt. ‘’Ik richtte me in mijn onderzoek op de onafhankelijke bestuurders. Deze staan los van de dagelijkse bedrijfsvoering en hebben als taak om het gevoerde beleid en de financiële keuzes van het management te monitoren. Hierbij heb ik ontdekt dat de mate van toezicht de eerste vier jaar sterk toeneemt. Na een jaar of acht neemt die curve echter weer sterk af en neemt de kans op fraude binnen organisaties toe.” Als het aan Roy ligt zouden er daarom wettelijke termijnen moeten gelden voor deze bestuurders. ,,Op die manier voorkom je dat onafhankelijke bestuurders zich na verloop van tijd minder kritisch opstellen of het algemeen belang uit het oog verliezen.”
Robert op zijn beurt onderzocht de invloed van het verbod op non-auditservices die de Europese Commissie in 2016 ingevoerd heeft. ,,In het verleden heb je situaties gehad waarin grote accountantskantoren bepaalde klanten zowel van advies als controle voorzagen. De ene afdeling controleerde dan bijvoorbeeld de jaarrekening, terwijl een andere afdeling verantwoordelijk was voor het geven van advies aan dezelfde assurance client”, legt Robert uit. Peter lacht: ,,Zeg maar als een slager die zijn eigen vlees keurt.”
Robert vertelt dat het verbod dat vanaf 2016 geldt voor dit soort dubbele dienstverlening heeft gezorgd voor een grote verschuiving in de relaties tussen accountantskantoren en cliënten. ,,Opeens moesten bedrijven allemaal een tweede accountantskantoor inschakelen. Dat is natuurlijk minder fraudegevoelig, maar in mijn onderzoek heb ik ontdekt dat de kwaliteit van de dienstverlening er eigenlijk niet beter op is geworden. Omdat de accountants die de controle nu verzorgen over minder klant specifieke kennis beschikken dan voorheen, zijn ze sneller geneigd om fouten over het hoofd te zien.”

Het echte werk
Waar veel mensen hun studieboeken na het behalen van hun masterdiploma voorgoed in de wilgen hangen, zijn deze vier jonge accountants nog niet uitgeleerd. Roy en Robert beginnen na de zomervakantie als junior accountant bij EY, waar ze gelijk ook aan de tweejarige Postmaster Accountancy beginnen. ,,Samen met een groot team van jonge werknemers die net hun master op zak hebben zullen we van maandag tot en met donderdag werken, en op vrijdag een hele dag colleges volgen”, vertelt Roy. ,,Ik kijk er enorm naar uit, want ik ben erg benieuwd hoe het is om nu eindelijk daadwerkelijk als accountant te kunnen werken.”
Peter stapt na de zomervakantie over naar een nieuwe werkgever. Omdat hij al enige jaren ervaring had opgedaan als Assistent-Accountant bij BDO, is hij aangenomen als senior Assistent-Accountant bij Deloitte. ,,Ik voel wel enige gezonde spanning, omdat ik gelijk al meer verantwoordelijkheden krijg, terwijl ik zelf ook ga starten met de Postmaster Accountancy. Maar ik heb er vertrouwen in dat het goed gaat komen.”
Alleen Rosanne is op dit moment nog aan het solliciteren. ,,Uiteindelijk komt het wel goed hoor”, zegt ze rustig. ,,Ik voel me alleen wat onzeker nu ik nog niet weet waar ik straks terecht ga komen, maar ik vertrouw erop snel een geschikte werkplek te vinden. Want ik wil ook graag snel al met de postmaster beginnen.” Robert, Roy en Peter denken dat het met Rosanne helemaal goed gaat komen. ,,Ze heeft nog nooit een laag cijfer voor een vak gehaald”, zegt Robert. ,,Als Rosanne iets doet, doet ze het goed, dus als ik een werkgever was zou ik haar onmiddellijk aannemen.”

Fotogalerij

Duo Tol/Veerman in RABO P500

Kevin Tol en John Veerman hebben op de padelbanen van TV Dijkzicht een wildcard veroverd voor het hoofdtoernooi van het RABO P500. Met meerdere dorpsgenoten speelden zij pre-kwalificatiewedstrijden.

 

In de finale kwamen zij uit tegen Peter Runderkamp en Simon Bond, die vlak daarvoor in de derde set zeven (!) matchpoints hadden overleefd tegen Luca en Sven Kwakman. Het duo Tol/Veerman bleek in de boeiende eindstrijd met 7-6, 6-4 te sterk en is geplaatst voor het hoofdschema.

In het kwalificatietoernooi, dat donderdagavond is begonnen, spelen vier Volendamse koppels.

Liefde is…

Sijmen en Gaar, veel bedakke, maar nog meer liefde

Sijmen Runderkamp (Worst) en Gaar Bond leren elkaar kennen bij Heijmeijer in Edam. Beter bekend als ‘de zakkenfabriek’. Sijmen: ,,Daar heb ik een half jaartje gewerkt en in de pauze liepen we langs de Koningshoeve.” Gaar: ,,Daar zat ik dan op de stoep. Samen met Stienek Bet en Klaas Piep, die al een stelletje waren. Uiteindelijk zouden we drie weken na elkaar trouwen.”
Door Jan Koning

[ads id=66]

,,Ik breng je wel naar huis toe, zei ik op een gegeven ogenblik”, vertelt Sijmen, alsof het de dag van gisteren is. ,,Zo gezegd zo gedaan en dus zat ze achterop de fiets van Edam naar Volendam. Toen we vlak bij het dorp waren, zei ze: ‘jij durft toch geen koppie te halen bij mij thuis.’ Nou, zeg ik, dat zul je aan de weet komen.”
Dus rijdt Sijmen naar Huize Bond aan de Julianaweg en niet veel later zit hij aan tafel. Hein Bond – de vader van Gaar – steekt per direct een stokje voor de ontluikende liefde. ,,Dit feest gaat niet door”, zei hij direct, aldus Gaar. ,,Jullie zijn namelijk volk van elkaar.”
Volk van elkaar. Blijkbaar oud-Volendams voor familie van elkaar. Gaar: ,,Zijn moeder en mijn vader waren neef en nicht van elkaar. Wij zijn dus officieel achterneef en -nicht. Dat mocht dus niet. We hebben uiteindelijk dan ook dispensatie aan moeten vragen aan Pastoor De Lange om te mogen trouwen.”

‘Dan gierden
de hormonen
door je lijf,
maar we zijn
nooit verder
geweest’

Voor ze uiteindelijk trouwen hebben ze eerst acht jaar verkering. ,,En geloof me, al die tijd hebben we echt geen seks gehad”, vertelt Gaar. ,,Mijn vader zei altijd: ‘zolang jullie de eer maar oog houden. Dat me dat niet mag gebeuren.’ We waren echter stapelgek op elkaar, dus dat was wel een ‘dingetje’. Daar had ik het wel lastig mee.” Sijmen: ,,Zeg maar gerust een ‘ding’. Ik had namelijk wel handen en dan voelde ik wel eens. Dan gierden de hormonen door je lijf, maar we zijn nooit verder geweest.”
Negen maanden na hun trouwen wordt – niet geheel verassend – hun eerst kind geboren. Sijmen: ,,Dat was onze dochter Nel. Daarna kwam Esther, Mariska en ons jongste poepie Jan. Als ik Gaar haar zin had gegeven, had ik 24 kinderen gehad. Echt waar. Ze kon geen kinderwagen voorbij zien gaan, zonder dat ze weer een kindje wilde. Dan was ze weer helemaal van de wereld. Het is gelukkig bij vier gebleven, maar dat lag niet aan Gaar, haha.”
Gaar: ,,Ja, ik ben stapelgek op kinderen. Bezeten. Kan het ook niet afwachten tot mijn kleindochter een kindje krijgt. We zijn gelukkig verblijd met een hele hoop kleinkinderen. Acht om precies te zijn. Ze komen iedere dag op visite. Alleen is het nu vakantietijd en dat vind ik vreselijk, want dan komen ze niet.” Sijmen: ,,Ze komen niet, maar ze zit wel iedere dag op dat ding (iPad, red.), dus ze zien elkaar wel. Je hebt alleen de drukte nu in Spanje en niet hier in huis.”
Jarenlang runt het stel een groentewinkel in Amsterdam. Sijmen: ,,De eerste jaren heb ik gevent bij mijn vader. Het was armoe troef en uiteindelijk kwamen we in de problemen, want ik verdiende niet genoeg. Daarom pelden we op zondagavond ook garnalen met de gordijnen dicht. Om wat extra’s te verdienen. Toen ik mijn vader om 50 gulden extra in de week vroeg, kon dat niet. Dus zei ik: ‘dan ben ik over drie weken voor het laatst.’ Hij dacht eerst dat het grootspraak was, maar na die drie weken zei ik ‘aju’. Inmiddels had ik een winkel in Amsterdam gevonden – ik was op dat moment 31 – en zijn we daar onze eigen groentezaak begonnen.”

‘Johnny Jordaan
kwam bij ons
groente en
fruit halen’

Uiteindelijk runnen ze samen meerdere groentewinkels waar ze lief en leed delen. Sijmen: ,,Erg veel leed, genoeg ‘bedakt’, maar als ik het opnieuw mocht doen, deed ik het weer precies hetzelfde. Achter onze eerste winkel in de Frederik Hendrikstraat had je de Jordaan. Daar kwamen nog echt de oude Amsterdammers. Tante Leen, Johnny Jordaan. Die kwamen bij ons in de zaak. Johhny liet nog een keer een taart bij ons in de vriezer vallen. ‘Ach’, zei hij. ,Waar het heen gaat, is het ook niet zo mooi.’ Prachtige man. De mensen in de Jordaan waren echt geweldig. Altijd vriendelijk en vrolijk. We hebben daar gewoon een fantastische tijd gehad. Er is overigens ook een keer een auto bij ons in de zaak ‘op visite’ geweest. Die ging door de pui heen en stond achter in de winkel geparkeerd. Dat was ook nog effe een dingetje. Of de keer dat we een bende valsemunters hebben helpen oprollen. Je maakt nog eens iets mee in zo’n winkel, haha.”
Jarenlang hard werken, veel zorgen, maar bovenal veel liefde. ,,Absoluut”, laat Sijmen vol trots optekenen. ,,Ben nog steeds stapelgek op haar.” Gaar: ,,En dat is absoluut wederzijds. Weet je wat het is. De dingen waarbij je het meest ‘bedakt’ hebt, kijk je nu met de grootste lach op terug. Dat zijn namelijk de dingen die je het meest bijblijven. Drie keer in de week ’s avonds een kist van de kleinste spruitjes schoonmaken voor de verkoop. Wij, de kinderen en onze schoonzoons, niet te vergeten. Ze waren vaak niet blij, maar nu zeggen ze allemaal wat een gezellige tijd het was. Natuurlijk zijn er ook de prachtige reizen die we hebben gemaakt. Naar Spanje, Tunesië, Thailand en weet ik nog meer waar we allemaal geweest zijn. Toch zijn het uiteindelijk de kleine dingetjes, het ‘bedakke’, je kinderen, familie en vrienden die het leven mooi maken.” Sijmen: ,,Ja, wat moet ik nou nog toevoegen, haha.”

Fotogalerij

Noordeinde deels voorzien van nieuw wegdek

Onlangs is een gedeelte van het Noordeinde, de toegangsweg naar de dijk, geasfalteerd. Ter hoogte van Kras Recycling bevindt zich een mooi, egaal wegdek. Het gloednieuwe asfalt is aangebracht tot het punt waar de wegversperring en bijbehorende stoplichten staan.

 

Het gebied was al een tijdje toe aan een nieuwe laag asfalt. Het oude wegdek zat vol scheuren en gaten, die provisorisch bedekt en gevuld waren door wegwerkers. Tevens is van de gelegenheid gebruik gemaakt om het nieuwe wegdek gelijk te voorzien van nieuwe belijning.

Een stukje verderop, ook op het Noordeinde, maar dan op de dijk, is het wegdek ook nodig toe aan vervanging. Al jaren kampt het asfalt bovenop de dijk met scheuren, gaten en delen van de weg die aangevuld zijn met straatstenen. Hoog tijd om ook dit gedeelte onder handen te nemen.

Fotogalerij

‘Money for the picyou’

Toen fotograaf Bert Visser en zijn vrouw onlangs een bezoek brachten aan Volendam, maakte hij van de gelegenheid gebruik om wat mooie plaatjes te schieten. Gewapend met een camera liepen ze door de oude kom, waar hun aandacht werd getrokken door een fietsend klein meisje.

 

,,Het meisje fietste netjes naast haar moeder door de straat, maar toen ze mijn camera opmerkte stopte ze, begon ze te lachen en poseerde ze voor een foto”, lacht Bert. ,,Ik zou haar moeder de foto’s graag toesturen, maar wij hebben geen idee om wie het gaat.”

De situatie deed de redactie denken aan de verhalen over de tijd dat men in Volendam nog klederdracht droeg. Als toeristen foto’s maakten van de lokale kinderen werd gevraagd om ‘money for the picyou’. Uiteraard bedoelden ze ‘picture’, maar het Engels was in die tijd nog niet erg toereikend.

Fotogalerij

FC Volendam opent vanavond tegen Eindhoven

Jonk: ‘Ik ben zeer nieuwsgierig’

Na een uitstekende voorbereiding, waarin van clubs als PEC Zwolle en Heracles werd gewonnen, gaat het vrijdagavond om het echie voor FC Volendam. ,,We hebben goede dingen neergezet, maar nu gaat het echt beginnen. Dan moet blijken hoe stabiel we zijn als er dingen gebeuren tijdens een wedstrijd. Ik ben zeer nieuwsgierig”, zegt trainer Wim Jonk vooraf.
Door Eddy Veerman

Hij mist Derry John Murkin – die in het gips zit – voorlopig en Boy Deul ontbreekt ook nog. Denso Kasius (ziek) trainde donderdagmorgen voor het eerste deze week weer mee. ,,Vanuit Jong FC Volendam komen er gelukkig ook jongens door.” Kevin Visser is nog niet klaar voor een basisplaats. ,,Als je er zo lang uit bent geweest – en hij had ook nog een terugval – dan heb je ritme nodig. Maar hij is zo gedreven, die komt er wel aan.”
,,Met het degraderen van VVV, FC Emmen en ADO Den Haag is de Keuken Kampioen Divisie er sterker op geworden”, meent Jonk. ,,Na tien wedstrijden kun je pas zien hoe de daadwerkelijke kracht van alle clubs is. Veel ploegen hebben nieuwe jongens moeten inpassen.”
Italiaans toptalent komt, Van de Ven gaat mogelijk
Dinsdag verscheen hij voor het eerst op het trainingsveld, het Italiaanse toptalent Gaetano Oristanio (18). Het succesverhaal met Samuele Mulattieri heeft een meervoudig vervolg gekregen, want na de spits en doelman Filip Stankovic, die bijna twee weken in Volendam is en vrijdag in de basis begint, wordt hij de derde huurling van de Italiaanse kampioen Inter Milaan die hier neerstrijkt. ,,Een mooie speler, hij kan vreselijk goed voetballen”, heeft Wim Jonk al gezien. Maar Oristanio is in tegenstelling tot de Stankovic nog niet speelgerechtigd voor de wedstrijd tegen Eindhoven. ,,Daarnaast heeft hij een maand vakantie achter de rug. Hij mocht daarvoor nog aansluiten bij de training van het eerste van Internazionale.”
Stankovic sprak voorafgaand met Samuele Mulattieri, waarmee hij samenspeelde in de Inter-jeugd, en kreeg positieve feedback over FC Volendam te horen. ,,Namens ons zijn Ruben Jongkind en Jasper van Leeuwen na afloop van vorig seizoen naar Milaan geweest om daar te praten. Ze kennen daar onze achtergrond, hebben gezien dat het heel goed is verlopen met Samuele, dat versterkt ons verhaal en daarom zijn ze bereid om goede spelers aan ons uit te lenen, om ze hier te laten ontwikkelen”, zegt Wim Jonk, zelf oud-speler van de club.
Tegenover de komst van de Italiaanse tiener staat het mogelijke vertrek van Micky van de Ven (Foto). Woensdag ontbrak hij op de training van Volendam, dat hem toestemming gaf om samen met zijn vader en zijn zaakwaarnemer naar Marseille te vliegen en daar in gesprek te gaan met een afvaardiging van de Ligue 1-club Olympique. Donderdagmorgen stond de Wormerveerder, die met lichte knieklachten kampt, weer op het trainingsveld van de FC en trainer Wim Jonk nam hem ook op in de basisopstelling tijdens het laatste deel van de training. ,,Micky kan spelen. We hebben samen een hele goede band opgebouwd en praten er over. Dit zijn speciale momenten in de carrière van een speler, dat is best spannend voor een negentienjarige jongen.”
Het zou de grootste transfer in de geschiedenis van de club FC Volendam kunnen worden. ,,Olympique heeft concreet interesse getoond en Micky is daar gaan kijken en praten”, zegt technisch directeur Jasper van Leeuwen. ,,Nu is het aan Olympique.”

Fotogalerij

Tambourcorps Volendam vraagt om hulp voor voortbestaan

De inkomsten liggen stil, maar de kosten gaan door

,,Wat is Volendammerdag of de Sinterklaasintocht zonder het Tambourcorps?”, vraagt secretaris en jarenlang lid Niek Veerman zich hardop af. De in klederdracht gehulde leden van de culturele vereniging brengen met hun aanwezigheid op de dijk het Volendam van weleer tot leven. ,,Als we op dezelfde voet verder gaan, dreigt deze traditie de komen jaren in gevaar te komen. Daarom hebben vorige week in de helft van Volendam de brief ‘word ook donateur’ in de brievenbus gegooid. De andere helft van het dorp krijgt dezelfde brief in september.”
Door Kevin Mooijer

[ads id=66]

,,Tambourcorps Volendam is een iconisch onderdeel van het dorp”, begint Niek (23). ,,Officieel bestaat de vereniging 40 jaar, maar voor die tijd was het corps in een andere vorm al jarenlang actief. We hebben zelfs leden die al langer dan 40 jaar lid zijn.” Momenteel telt het Tambourcorps dertien leden. ,,Vorig jaar maart waren we van plan langs de lokale basisscholen te gaan om nieuwe leden te werven, maar vanwege het coronavirus was dat helaas niet mogelijk. Het enthousiasmeren van jongelingen voor ons slagwerk tambourcorps hebben we door moeten schuiven naar komend schooljaar.”

‘Tambourcorps Volendam
is een iconisch
onderdeel van het dorp’

Niek geeft aan dat het moeilijk kan zijn om nieuwe aanwas te vinden voor het Tambourcorps. ,,Het is natuurlijk makkelijker om kinderen iets populairs als voetbal te laten ontdekken, maar we geven niet op. Zelf ben ik namelijk ook op achtjarige leeftijd bij het Tambourcorps gekomen na een wervingsdag destijds op mijn basisschool. We zijn inmiddels vijftien jaar verder en ik ga nog altijd iedere maandag met veel plezier naar de repetitie. We hebben een buitengewoon gezellige ploeg. Zowel optredens als repetities eindigen steevast met een biertje. En dat ondanks dat we op maandagavond repeteren.”
,,Maar dat maandagavondbiertje moeten we helaas ook al een jaar missen”, doelt Niek op een lange periode zonder repetities. ,,Gelukkig heeft onze verhuurder de huur tijdelijk verlaagd tijdens de coronacrisis, waardoor we ons hoofd boven water hebben weten te houden. Maar helaas ziet het er nog niet naar uit dat we binnenkort weer op de bühne staan, dus raken we op zoek naar een andere bron van inkomsten.” De leden van het Tambourcorps verdienen niks aan de vereniging. ,,We hebben kosten als huur, nieuwe instrumenten, bladmuziek laten uitschrijven en het inhuren van een dirigent, maar inkomsten zijn er bijna niet. Voorheen ontvingen we subsidie op basis van het aantal leden. Nu zouden we subsidie moeten ontvangen op basis van evenementen die we organiseren. Vanwege de tijd waarin we leven is dat alleen niet mogelijk.”

‘We hopen dat we
met Sinterklaas
onze klederdracht
weer aan te
kunnen trekken’

Een vaste schare aan sponsoren draagt jaarlijks bij aan het voortbestaan van het Tambourcorps, maar nu wordt noodgedwongen door middel van een brief tevens een beroep gedaan op de potentiële particuliere donateur. ,,Voor optredens krijgen we vaker niets dan iets. En áls we iets verdienen gaat het natuurlijk rechtstreeks naar de verenigingsrekening. Vanwege het uitblijven van inkomsten en doorlopen van alle kosten hebben we er dus voor gekozen om Volendam persoonlijk aan te schrijven. Op de brief die men ontvangen heeft is een QR-code te vinden waarmee men geld zou kunnen doneren. Helaas werkt deze QR-code niet. Onze welgemeende excuses daarvoor. Op de brieven die in september bij de andere helft van het dorp in de brievenbus worden gegooid zal een QR-code staan die wel werkt. Mensen die de brief al ontvangen hebben kunnen op de ouderwetse manier – het bijgeschreven rekeningnummer invoeren – hun steentje bijdragen.”
,,We hopen dat we met de Sinterklaasintocht eindelijk weer eens onze klederdracht aan kunnen trekken, maar we vrezen het ergste. Voor nu richten we ons vooral op het voortbestaan van Tambourcorps Volendam. We willen dolgraag doorgaan met wat we doen. De traditie in stand houden. Mensen moeten weer enthousiast worden over het Tambourcorps. Ik ben ervan overtuigd dat dat gaat lukken. Bij deze willen wij de donateurs alvast hartelijk bedanken voor de steun en we hopen jullie snel weer te zien op de dijk.”

Fotogalerij

Regionaal voetbalprogramma ‘de Aftrap’ in augustus op de bui

,,Aan de gasten zal het niet liggen”, lacht Jack Mühren terwijl hij vertelt over zijn gloednieuwe voetbalprogramma dat zowel op de L.O.V.E. als op RTV Noord-Holland te zien zal zijn. ,,De wekelijkse voetbaltalkshow zal synchroon lopen met de Eredivisie en de Keukenkampioen Divisie. Samen met Ed Guyt en Edward Dekker van NH Media neem ik de presentatie van ‘de Aftrap’ op me. De eerste uitzending – die op 6 augustus uitgezonden zal worden – is gericht op FC Volendam. We trappen af met gasten Wim Jonk en Gerald Vanenburg.”
Door Kevin Mooijer

[ads id=66]

,,Het heeft heel wat voeten in aarde gehad om dit te realiseren. Bij de lokale omroep heb ik het programma natuurlijk lange tijd gepresenteerd, maar nu ontstond de kans om het professioneler en grootser aan te pakken”, verwijst Jack naar de aanstaande samenwerking tussen de L.O.V.E. en NH Media. ,,De pilotaflevering is inmiddels goedgekeurd en dus staan we in de startblokken voor het nieuwe seizoen. We trakteren onze kijkers op nationale grootheden en hun visie op het mooiste spelletje dat er is, te beginnen met twee oud-internationals: Gerald Vanenburg en FC Volendam-trainer Wim Jonk.”

‘We gaan wekelijks
grootheden
verwelkomen’

‘De Aftrap’ wordt een wekelijks terugkerend televisieprogramma dat in de geest van Voetbal Inside gepresenteerd zal worden. ,,De opnames zullen plaatsvinden in de L.O.V.E.-studio, waar een prachtig decor gebouwd is. We beschikken zelfs over een bar, en mijn lieftallige vriendin Netty zal tijdens de uitzendingen achter de tap staan.” De organisatie van ‘de Aftrap’ wordt gesponsord door verschillende lokale ondernemingen. ,,Onze gasten mogen voor de uitzending lekker eten bij Restaurant Van den Hogen, de presentatoren worden gekleed door Charrell & Do, Fred Vilten zorgt dat we goed voor de dag komen wat haar betreft en Petra Boonstoppel verzorgt de visagie. En net als L.O.V.E.-medewerkers doen ook zij dat allemaal belangeloos. Geweldig, toch?”Jack is de jongste telg uit een voetbalfamilie van de zuiverste graad. Zijn broers Gerrie en Arnold zouden samen een pakhuis kunnen vullen met de (grote) prijzen die zij tijdens hun carrières wonnen. En Jack houdt zich sinds jaar en dag meer langs de zijlijn bezig met het spelletje. Naast de radio- en televisieprogramma’s die hij over voetbal maakte is Jack al jaren stadionspeaker bij FC Volendam. ,,In de loop der jaren heb ik een groot netwerk opgebouwd in de voetballerij. Dankzij dat netwerk ben ik in de gelegenheid dit te doen”, doelt hij op zijn nieuwe programma. ,,Ed Guyt, Edward Dekker en ik gaan wekelijks gasten verwelkomen die op het internationale podium actief zijn geweest. Afhankelijk van welke club we die periode onder de loep nemen worden de juiste voetbalkenners uitgenodigd.”

‘Het is een
voorrecht om dit
te mogen doen’

,,De première zal dus op vrijdag 6 augustus worden uitgezonden, op dezelfde dag als de openingswedstrijd van FC Volendam. ‘De Aftrap’ zal wekelijks op vrijdag te zien zijn om 17.15 uur bij de RTV Noord-Holland en om 18.00 uur bij de L.O.V.E. en uiteraard worden de uitzendingen meerdere keren worden herhaald. Onze gasten in de eerste aflevering zijn FC Volendam-trainer Wim Jonk en Gerald Vanenburg. De tweede uitzending gaan we het vooral over Telstar hebben en daarin worden we bijgestaan door Telstar-trainer Andries Jonker en scheidsrechter Bas Nijhuis. In de derde aflevering gaan we het met Barry Opdam en Gertjan Verbeek over AZ hebben en in de afsluitende aflevering van die maand spreken we Ronald de Boer en Keje Molenaar over Ajax. In september gaan we het vooral over het Nederlands elftal hebben, met in de eerste aflevering de gasten Foppe de Haan en Arnold Mühren. Het zal vanaf dat moment afhangen van de actualiteit wie de gasten worden en welke onderwerpen we bespreken.”Ed Guyt – beter bekend als de beste speler van het PX toernooi ’95 – maakt voor iedere aflevering een kleine special waarin hij samen met een speler van de desbetreffende club een potje voetgolf speelt. ,,Dat spelletje gaat natuurlijk gepaard met een leuk interview. Ik kan alvast verklappen dat Ed het in de eerste aflevering opneemt tegen niemand minder dan FC Volendam aanwinst Robert Mühren.” Nog voordat de eerste aflevering is uitgezonden glundert Jack al van trots. ,,Het is een voorrecht om dit te mogen doen. Dat we dit met zo’n kleine groep voor elkaar hebben gekregen is hartstikke mooi. Nadat ik een verhaaltje op Facebook heb gezet ontvang ik leuke reacties uit heel Noord-Holland. Mensen zijn enthousiast en willen ‘de Aftrap’ graag zien. En op onze beurt kunnen wij het ook bijna niet meer afwachten om eindelijk af te trappen!”

V.l.n.r.: Edward Dekker, Ed Guyt en Jack Mühren. Foto Johan de Wit

Fotogalerij

Drie directeuren over een halve eeuw J.F. Kennedyschool

‘Hier heerst de no-nonsense mentaliteit’

Het eerste fusie-overleg tussen de teams van de Kennedyschool en St.Nicolaas staat al gepland voor na de zomer, maar voordat beide scholen volgend jaar samengaan, kon eerstgenoemde in de afgelopen weken nog haar vijftigjarig jubileum vieren. Drie directeuren uit het (recente) verleden en heden, in chronologische volgorde Cor Nieuwboer, Henk Bond en Jan Klouwer, putten uit een halve eeuw ‘de Kennedy’. De school die in 1971 werd geopend op de plek waar nu een appartementenflat staat in de Saturnusstraat en in 2001 verkaste naar het Boelenspark.
Door Eddy Veerman

[ads id=66]

Destijds werd de eerste basisschool op ’t Zand vernoemd naar de in ’63 doodgeschoten Amerikaanse president John F. Kennedy. De eerste schooldirecteur, Jaap Smit, overleed ook jong, reeds op 42-jarige leeftijd, door kanker. Cor: ,,Ik stond sinds enkele jaren voor de klas en werd directeur omdat het zo liep, toen Jaap was overleden.” Jan: ,,Over jou werd vaak gezegd dat mensen het superjammer vonden dat je later niet meer voor de klas stond.” Cor: ,,Ik heb ook lange tijd onderbuikgevoelens gehad, dat ik toch iets anders wilde doen, maar op een gegeven moment maak je die stap niet meer en blijf je directeur op diezelfde plek. Maar in je hart ben je die leerkracht voor de klas met kinderen.”
Henk herkent het. ,,Ik ben hier acht jaar directeur geweest en liep er ook mee rond, tot de kans kwam om leerkracht te worden op de Triade en ik ben heel blij dat ik die keuze vorig jaar heb gemaakt.” Cor: ,,In die zeventiger jaren hadden we nog twee leerkrachten van buiten, omdat er niet genoeg Volendamse docenten voorhanden waren. Het was de tijd dat de ouders nog geen bemoeienis hadden met de school. Een ouderraad, dat kwam rond 1978 op gang. Sommige directeuren en leerkrachten hadden daar moeite mee. Het heeft absoluut z’n goede kanten, maar het is niet altijd pais en vree. Een enkele keer sta je flink te kijken van hoe ouders reageren.”

Serieus en ontspannen
,,Als ik kijk naar de identiteit of cultuur van de Kennedy, was dat toch die van no-nonsense mentaliteit. Je komt hier op school bij elkaar om te leren, we doen niet al te gekke dingen, doen het serieus, maar ook ontspannen. Met veel mensen die hart voor de school hadden. Samen, ook met de ouderraden. Dat gaf iedereen het gevoel van ‘dit is de Kennedyschool’. Op de oude Kennedy liggen de meeste jaren van mij. Sommige zeiden: ‘een ouwe bakken zootje’, maar ik vond het geweldig. Het 25-jarig jubileum vierden we daar nog en daar hadden we nog de Zandkrant.”
Henk: ,,Toen ik het stokje overnam, ging ik door in de trant van Cor, die van ‘mensen wees welkom hier in het warme bad, zowel ouders als kinderen’. De dames in de onderbouw zaten er langer en wisten goed dat gevoel neer te leggen bij de ouders. Die trend werd in de leerjaren daarna doorgezet. En ik vond het altijd een mooi compliment als er een wisseling met leerkrachten was, iemand dan te horen kreeg dat hij of zij naar de Kennedschool ging en anderen zeiden: ‘jij hebt wel mazzel, jij mag op de Kennedyschool werken’.”
Jan: ,,Veel stagiaires willen hier ook blijven werken.” Cor: ,,Met Theo Tol en Amanda Mazereeuw hebben we twee leerkrachten die hier zelfs als leerling hebben gezeten.” Henk: ,,Amanda is echt het hart van de school, die zit er al zo lang. Elke school heeft zijn cultuurdragers en daar is zij er een van.”
Jan, sinds een jaar directeur: ,,Ik probeer ook door te geven wat Cor en Henk uitdroegen. Ten tijde van de tweede coronaperiode spraken we bijvoorbeeld af met de leerkrachten dat het weliswaar thuisonderwijs was, maar dat we dat vanuit de school zouden geven. En als kinderen het thuis niet redden, het kind toch naar school te laten komen. En ouders konden altijd bellen bij vragen, dat werd heel erg gewaardeerd.”
Cor: ,,Er was nooit afstand tussen leerkracht en ouders. Dat voelde vertrouwd, zeiden de ouders.” Henk: ,,Ze kunnen ook beter naar je toekomen, dan dat ze buiten het hek gaan klagen. Soms moet je zelfs een ouder gelijk geven in situaties, ook al is dat niet fijn voor de leerkracht. Ik heb ook aan beide kanten gestaan, die van leerkracht en van directeur. Ik heb het écht moeten leren om harde besluiten te nemen. Cor was ook geen zakelijk directeur.”

‘Reflectie en feedback
ontvangen en geven
leren de kinderen hier
ook op school,
dat was vroeger niet’

,,Maar reflectie en feedback ontvangen en geven leren de kinderen hier ook op school. Vroeger was dat er niet, na de les of aan het eind van de dag, dat zit er hier inmiddels ingebakken. Wat dat betreft is het lesgeven wel veranderd.” Cor: ,,In de beginjaren had je met dat kleine team misschien drie keer per jaar vergadering, dat waren de rapportvergaderingen. En als je vaker bij elkaar kwam, dronk je een kop koffie en legde een kaartje.” Jan: ,,En als je nu de agenda ziet van het team… Veel te vol. En daar moeten nu nog de fusie-overleggen bij komen.”
Voor Cor is het nog steeds bekend terrein. ,,Twee kleinkinderen zitten hier op school, dus ik kom hier wel eens. In het begin, na mijn uittreden, liep ik vaak binnen, maar op een gegeven moment komen er steeds meer nieuwe mensen en dan wordt dat minder.” Henk: ,,Dat is natuurlijk.” Cor: ,,Maar sindsdien, als ik langsfiets, kijk ik áltijd naar het gebouw.”
Henk glimlacht als hij aan een anekdote denkt: ,,Cor hield van sparen.” Cor: ,,Ik kon inderdaad moeilijk spullen weg doen.” Henk: ,,Ik kwam eerst hiernaast als leerkracht op de Nicolaas te werken, die hadden alles nieuw aangeschaft, tafels, stoelen, berging. Cor had alles van het oude gebouw meegenomen, echt nostalgisch. Dus toen ik hier directeur werd en Cor eruit ging, dacht ik al ‘als-ie weg is, gaat dat er allemaal uit’. Hij had z’n hielen nog niet gelicht… zag Cor na enkele weken al die oude spullen aan de kant staan en keek me verbaasd aan… wat ga je nou met al die spullen doen? Maar bij mij gebeurde dat ook. Hadden ze na mijn vertrek ook een opruimronde.”
Na het vertrek van Henk stapte Jan er in, na een jaar als adjunct-directeur: ,,Eigenlijk onvoorbereid en dat maakte het een lastig jaar, ik moest ook nog starten met een studie. Maar ik had de wil om dit te doen en vind het werk erg leuk. Ik sta nog nauwelijks voor de klas en als dat het geval is, dan zie je hoe snel het gaat als je er even uit bent.” Henk: ,,Je verliest snel je routine, maar het zit wel in je bloed, dus toen ik op de Triade voor de klas stond, had ik ‘het’ zo weer.” Jan: ,,Maar je wordt er minder vaardig in en dan voel je jezelf bewust onbekwaam. Het ging toch altijd vanzelf?” Henk: ,,Toch, de rust die over je heen komt als je voor de klas staat, de schoolmeestermaniertjes, ze waren er snel weer.”

Ontwikkeling
Jan: ,,Ik zie nu al na een jaar dat hier niemand buiten het team staat, het is één groep en superleuk. En wat die no-nonsense betreft, binnen deze muren wordt altijd gepraat over onderwijs, over ontwikkeling van kinderen. Dat viel me op vanaf het eerste moment dat ik binnenkwam.” Henk: ,,Ik moet wel zeggen dat we steeds héél veel bezig zijn met die ontwikkeling. Je mag er niet meer van genieten als het even gewoon lekker gaat. Daar deed ik ongemerkt zelf ook aan mee.” Jan: ,,Daar komt toch dat serieuze om de hoek kijken, die Volendammer drang. Zoals nu met de wereldoriëntatielessen, een methode die nog in de testfase zit, maar dan willen de teamleden het al perfect doen. Dat kan niet, want het is zo’n andere manier van vakoverstijgend thematisch werken. Gun jezelf dat je gewoon mag leren, zeg ik tegen de teamleden. Hebben ze toch dat verantwoordelijkheidsgevoel naar de kinderen toe.”
Henk: ,,We moeten als school de kinderen allerlei kennis meegeven, maar het is belangrijk om kinderen te zien. Want eigenlijk moeten we ze vooral helpen om later uit te groeien tot een goed mens. Reken- en taalles, dat is de basis, maar de levenslessen die ze van een meester of juf krijgen, onthouden ze ook voor later. We moeten vasthouden aan onze kernwaarden. Als er iets gebeurt in de klas of op het schoolplein, wat aandacht verdient, dan is dat op dat moment belangrijker en gaat de rest aan de kant. Dan maar een uur – of langer als dat nodig is – geen rekenen of taal.” Jan: ,,Daarom hebben we gekozen voor die vakoverstijgende methode. Daardoor hopen we dat er meer tijd vrij komt voor die levenslessen en de kernwaarden. Het werkt preventief en je moet het onderhouden, om te voorkomen dat het in klassen op een bepaalde leeftijd uit de hand loopt.”
Cor, decennialang de herder van de Kennedy, hoort het aan: ,,Wij hebben de SKOV als overkoepelend schoolbestuur en daar was altijd alles mogelijk. Als je dat vergelijkt met de mogelijkheden voor scholen in grotere steden bijvoorbeeld. Wat ik wel een puntje vind, is dat het schoolbestuur straks wil dat je je als school gaat profileren. Dan moet je dus richting ouders van toekomstige schoolkinderen met je uiterlijk gaan koketteren, terwijl vooral de inhoud goed moet zijn.” Jan: ,,Ik begrijp wat je bedoelt, maar 95% van de ouders kiest gewoon de dichtstbijzijnde school. En dat profileren is wel iets wat directeuren en teams een goede zaak vinden, omdat zij nu zelf mogen bepalen welke kant hun onderwijs op gaat.” Henk: ,,Cor, Jij hebt nog het gezellige en knusse meegemaakt en later ook dat de verzakelijking werd ingezet, dat het onderwijs meer een bedrijf moest worden.”
Voordat de fusie ter sprake komt, gaan Cor en Henk nog even terug in de tijd. Cor: ,,Naast de Nieuwjaarsbrand hadden we nog enkele gebeurtenissen die behoorlijk aangrijpend waren. In 2002 het feit dat meester Henri Bond uit het leven stapte, wat wij als school nooit hebben zien aankomen. En daarvoor was er niet alleen de dood op jonge leeftijd van directeur Jaap Smit, maar ook dat enkele jaren later zijn zoontje Sjaak uit de boom viel en overleed. Enorm triest.”

‘Het vieren van het
vijftigjarig bestaan
in de laatste schoolweken
was ook een beetje het
afscheidsfeestje van
de Kennedyschool’

Henk: ,,Wat mij altijd bij zal blijven is de vrijdagochtend van kermis, dé dag van het jaar. Elk jaar hadden we in de tijd van Cor en mij wel twee zelf bedachte nieuwe spellen voor de kinderen. Ik heb met het team een aantal feestmomenten gehad, die onvergetelijk waren. Op vrijdag van kermis bleven de Kennedy-teamleden ook vaak in de school, dat waren nog eens feesten, ook vóór mijn tijd. Cor waarschuwde mij dat ik me als directeur op die momenten rustig behoorde te houden. Later hoorde ik de verhalen van zijn hilarische momenten.”
Cor lacht. Hij weet dat ‘zijn’ school straks opgaat in een fusieschool met de buren: St.Nicolaasschool : ,,Ik heb het zelf in die jaren ervaren als twee verschillende scholen met ieder een eigen cultuur. Voor mijn gevoel is dat niet gemakkelijk om dat in elkaar te verweven, dat heeft dus tijd nodig. Dan komt het goed. Zoals wij ooit de stap moesten maken om de kleuterschool inpandig te krijgen, in ons geval vanuit De Blokkendoos. Maar deze krimp van het aantal basisscholen en daarbij de kans op fusies, zat er aan te komen.”
Jan: ,,Het vieren van het vijftigjarig bestaan in de laatste schoolweken was – gezien die op handen zijnde fusie – ook een beetje het afscheidsfeestje van de Kennedyschool. We hadden groot uitgepakt en er waren vele oud-collega’s. Na de zomer werken we stapsgewijs naar een mogelijke fusie toe. De waarom van de fusie weten we inmiddels wel, nu gaan beide scholen aan de slag met de ‘hoe’. En wat wij en het schoolbestuur qua onderwijsvisie willen doen met het deel van het schoolgebouw dat de komende jaren leeg komt te staan, daar hebben we zo onze gedachten over.” Henk: ,,Een Integraal KindCentrum, met alle faciliteiten, lijkt me logisch. Zo midden in je dorp.” Jan: ,,Dat is een mooi streven. We krimpen weliswaar, maar je wilt die andere faciliteiten ook graag aanbieden in dit mooie gebouw. Zo maken we samen onze school klaar voor de kinderen van nu en van de toekomst.”

 

Fotogalerij

× Hoe kan ik je helpen?